Zehetmair Quartet - Béla Bartók strijkkwartet nr 5 / Paul Hindemith strijkkwartet nr 4
CD-RECENSIE
Zehetmair Quartet - Béla Bartók strijkkwartet nr 5 / Paul Hindemith strijkkwartet nr 4
Bezetting: Thomas Zehetmair; viool, Kuba Jakowicz; viool, Ruth Killius; altviool, Ursula Smith; cello
Opgenomen: juni 2006
Release: 2007
Label: ECM
Tracks: 10 (twee strijkkwartetten in vijf delen)
Tijd: 50.47
Website: www.ecmrecords.com
door: Mischa Andriessen
Van alle twintigste-eeuwse klassieke componisten heeft Béla Bartók waarschijnlijk de meeste invloed op de jazz gehad. Zijn focus op volksmuziek, ritmische complexiteit en levendigheid én zijn fascinatie voor de schoonheid van ‘lelijk’ gespeelde tonen, maken hem nog altijd een onuitputtelijke inspiratiebron voor veel jazzmusici.
Klarinettist Benny Goodman was al vroeg onder de indruk van Bartók en gaf de Hongaar toen deze naar de Verenigde Staten vluchtte een compositieopdracht. Dat werd het stuk “Contrasts” voor piano, klarinet en viool. Een stuk dat in 1940 door Goodman en Bartók werd gespeeld en opgenomen samen met de eveneens Hongaarse violist Joseph Szigeti. Zoals veel composities van Bartók klinkt “Contrasts” jaren na dato nog uiterst modern.
Datzelfde geldt de zes strijkkwartetten die Bartók schreef. Het Zehetmair Quartet bracht eerder al het beroemde vierde- bij ECM uit en heeft nu ook het vijfde strijkkwartet voor dat label opgenomen. Vergeleken bij het nog altijd hypermoderne vierde strijkkwartet is het vijfde in zekere zin een stap terug. Het stuk is minder fragmentarisch en klinkt daardoor traditioneler. Het beroemd geworden eigenzinnige gebruik van glissando’s en pizzicato’s treedt in dat vierde kwartet meer op de voorgrond dan in het vijfde waarin die effecten spaarzamer worden ingezet. Het Zehetmair Quartet heeft veel gevoel voor Bartóks stijl en poogt het stuk niet mooier te spelen dan het is bedoeld. De opzettelijk krassende violen met hun imposante boventonen in het “Allegro” zijn daar een treffend en roerend voorbeeld van.
De andere compositie op de cd is van een tijdgenoot van Bartók; Paul Hindemith die net als de Hongaar naar Amerika vluchtte en eveneens te boek stond als een belangrijk vernieuwer. In tegenstelling tot Bartók is Hindemiths invloed op latere generaties beperkt gebleven, wat niet wil zeggen dat hij automatisch een mindere componist is. Hindemith heeft prachtige werken geschreven en maakt vaak veel indruk op luisteraars die klassieke muziek beginnen te verkennen. Sjostakovtsj heeft in zijn “Getuigenis” beschreven hoe hij lange tijd in de ban was van de Duitse componist waarna de bewondering van de ene op de andere dag omsloeg in desinteresse.
Sommige stukken van Hindemith verliezen inderdaad na lange tijd luisteren hun betovering. Het hier vertolkte vierde strijkkwartet is een vroege compositie van de Duitser die zesentwintig was toen hij het schreef. Het is dertien jaar ouder dan Bartóks vijfde kwartet wat het samenbrengen van de twee composities op deze cd een interessant historisch perspectief geeft. Bartóks werk mag dan pregnanter en spannender overkomen, er bestaat een grote verwantschap tussen beide kwartetten en hun componisten die hier heel fijntjes aan het licht wordt gebracht. Het Zehetmair Quartet zet beide werken zeer levendig neer. Waar veel twintigste-eeuwse klassieke muziek van de avant-gardisten nogal cerebraal blijft, blijken zowel Bartóks strijkkwartet als dat van Hindemith zeer warmbloedig en spontaan.

