Speels en grillig Enemy raakt geen snaar
CONCERTRECENSIE. Enemy ft. Kit Downes, Petter Eldh, James Maddren, Bimhuis, 28 sep. '23
beeld: Filip Mertens
door: Mathijs van den Berg
Pianist Kit Downes, bassist Petter Eldh en drummer James Maddren kozen volgens de inleider van het Bimhuis voor de naam Enemy omdat ze voortdurend met elkaar en hun omgeving overhoop liggen. De band maakt met zijn platen in ieder geval een wispelturige indruk.
Het optreden van Enemy in Bimhuis kende een gastoptreden van de Letse fluitiste Ketija Ringa Karahona .
Hoekig
Enemy's gelijknamige debuutalbum kwam uit bij Edition Records: een album vol felle, hoekige moderne jazz. Op het vervolg ‘Vermillion’, ditmaal bij ECM, leek het drietal een andere weg in te slaan met introspectieve kamerjazz. De naam ‘Enemy’, die daar niet bij paste, leek te worden losgelaten. Dat bleek echter een intermezzo. Op het vorige week verschenen ‘The Betrayal’ is de band terug bij het geluid van de eersteling. Dit album werd uitgebracht door het Finse avant-gardelabel WeJazz, waar bassist Eldh nauw mee verbonden is. Enemy kwam dus met een heel andere set dan de luisteraars van ‘Vermillion’ hadden verwacht.
Grillig
Ook de muziek klonk grillig met veel tempowisselingen. Alles draait bij dit trio om ritme en strak samenspel. Dat deed het verbluffend goed en met veel energie. Eldh is een bassist die veel inspiratie haalt uit hedendaagse grooves. Het is echter vooral drummer Maddren die de muziek opzweept. Downes speelt watervlugge, vrij atonale reeksen en doet dat op een ogenschijnlijk moeiteloze manier. Hier stonden drie uitstekende musici die elkaar blindelings vonden. Voor de luisteraar was elk nummer weer een nieuw avontuur, hoewel het door het wispelturige karakter van de muziek moeilijk was een aanknopingspunt te vinden, op een enkel thema na, zoals bij ‘Minus Monks’ of de cover ‘Castles Made Of Sand’ van Jimi Hendrix.
Drummer James Maddren, pianist Kit Downes en contrabassist Petter Eldh.
Gastoptreden
Het tempo lag vooral erg hoog. Downes vingers vlogen over de toetsen, Eldh speelde duizelingwekkende partijen en solo’s en Maddren smeerde zijn slagen voortdurend dicht. De nummers gingen daardoor nogal op elkaar lijken, waardoor je snakte naar wat variatie. Die was er slechts in een enkel rustig stuk of een lang drumintro ondersteund door groovy basnoten. Dat veranderde totaal met het gastoptreden van de Letse fluitiste Ketija Ringa Karahona. Met geweldig, funky spel bracht ze de muziek naar grotere hoogte. Het samenspel in het ritmisch zeer complexe nummer was fenomenaal. Het bracht groot enthousiasme teweeg bij het publiek. Jammer dat het maar bij een enkel nummer bleef.
Afstandelijk
Verder was de muziek toch vooral abstract en afstandelijk. De musici legden weinig gevoel in hun noten. Ook was er nauwelijks contact met het publiek, ondanks de melige presentatie van Maddren: het spelplezier staat bij dit trio weliswaar duidelijk voorop, maar het drietal lijkt vooral op elkaar gericht. De composities zijn daarbij vrij dun en blijven niet hangen. De muziek wist met andere woorden geen snaar te raken. Ook speelde Enemy een nogal korte set: met toegift ‘Fogo’, van hun debuutalbum, een krappe vijf kwartier. Dat is wel erg mager.