Toppers stellen niet teleur op tweede dag The Hague Jazz
The Hague Jazz, World Forum Den Haag, 24 mei 2008
beeld: Geneviève Ruocco, Eddy Westveer
door: Mischa Andriessen
Veel grote namen en interessante acts op het affiche voor de tweede dag van The Hague Jazz. Nu is het onvermijdelijk dat je op een groot festival als dit een aantal artiesten die je wilt zien, misloopt, maar dit keer waren de toppers zo ongeveer allemaal tegelijkertijd geboekt. Piet Noordijk, Eric Legnini met Julien Loureau, Sex Mob en McCoy Tyner en dan even later The Cookers en Toots Thielemans.
Oudgedienden pianist McCoy Tyner en bassist Stanley Clark gaven acte de présence op The Hague Jazz, evenals Billy Harper, saxofonist van The Cookers. Foto © Geneviève Ruocco
Dilemma's
Dergelijke dilemma's waren er later op de avond niet meer, waardoor je je toch niet aan de indruk kunt onttrekken dat een andere, evenwichtiger programma-indeling mogelijk was geweest. Anderzijds heeft The Hague Jazz inmiddels enigszins met een capaciteitsprobleem te kampen. De acts in de grootste zalen trekken zoveel publiek dat lang niet iedereen binnenkomt. Bij een gelijkmatige spreiding van toppers over de avond zouden mogelijk nog meer mensen teleurgesteld moeten worden. Zo bekeken, is het juist weer een goede oplossing. Wie niet naar Toots kan, kan naar The Cookers. Succes verzekerd.
McCoy Tyner Trio featuring Joe Lovano
Hoewel natuurlijk onmetelijk beroemd door zijn werk met John Coltrane blijft de bijna zeventigjarige McCoy Tyner druk doende zijn eigen muziek verder uit te diepen. Hij is iemand die zijn persoonlijke stijl en sound al vroeg in zijn loopbaan heeft gevonden en daar voortdurend aan is blijven schaven. Professioneel is hij zonder meer, maar je kunt niet zeggen dat hij op routine vaart.
Het trio van MCcoy Tyner met op slagwerk Eric Kamau Gravat en gastmuzikant saxofonist Joe Lovano.
Foto © Geneviève Ruocco
Vorig jaar speelde de pianist nog met zijn vaste, uit bassist Gerald Cannon en drummer Eric Kamau Gravat bestaande trio op North Sea. Toen speelde Gary Bartz mee op alt. In Den Haag werd zijn plaats ingenomen door tenorist Joe Lovano. De laatste combinatie is de betere. Het ruigere, meer emotioneel geladen spel van Lovano past beter bij Tyners muziek, waarin de gevoeligheid vlak onder een huid van welluidende akkoorden ligt. Dit viertal is al een tijd op tour in Europa wat te horen was aan de manier waarop de musici elkaar aanvoelden.
Dat het spelplezier niet onder die lange tournee te lijden had, straalde vooral van Joe Lovano af. De saxofonist stond achter het drumstel mee te swingen als hij niet speelde. Speelde hij wel, had zijn spel een aanstekelijke groove die hij met zijn kenmerkende houding kracht bijzette; net een graan pikkende haan. De songs die McCoy Tyner speelt, zijn onverwoestbaar. Zijn toewijding is voorbeeldig. Het contrast tussen zijn gepolijste pianowerk en de brutale sax van Lovano die af en toe klonk als een hypergevoelig straatschoffie, gaf dit concert net dat extra, dat het verschil bepaalt tussen heel goed en fantastisch.
The Cookers
Het illustere septet The Cookers dankt haar naam aan "The night of the cookers". Een live-opname uit 1965 waarop twee van toentertijd grootste trompettisten, Freddie Hubbard en Lee Morgan de strijd met elkaar aangingen. In de huidige versie van The Cookers is die blazerssectie met twee trompetten gebleven, verder zijn er voornamelijk verschillen. Aanvankelijk zou James Spaulding, als enige ook meespelend op het origineel, van de partij zijn, maar de zeventigjarige blazer is ziek. Dat daarmee de directe link naar het oorspronkelijke project goeddeels vervalt, is bijzaak.
The Cookers nestaan onder meer uit drummer Billy Hart, bassist Cecil McBee en trompettist David Weiss.
Foto © Geneviève Ruocco
The Cookers zijn net als The Leaders, waarin drie van de zeven musici ook spelen, een uitgelezen gezelschap hardboppers. Cecil McBee en Billy Hart zijn een onbeschrijfelijk ritmeduo dat zo'n drive heeft dat je er een stel amateurs voor zou moeten zetten om er voor te kunnen zorgen dat het niet swingt. Amateurs stonden er echter geenszins op het podium. Eddie Henderson en zijn jongere collega David Weiss zijn zeer capabele trompettisten, waarvan Henderson, ook al was het dit keer geen duel, de meeste indruk maakte.
Als vervanger van Spaulding trad altsaxofonist en fluitist Craig Handy op. Handy maakt onder eigen naam ooit de plaat "Split second timing", een titel die aantoont dat het de zoon van beroemde altist John Handy niet aan bravoure ontbreekt, maar grootspraak is het niet. Handy is technisch zeer begaafd en speelt met indrukwekkend veel energie. In de toch al stevige set zorgden zijn gepeperde solo's voor extra pit. De andere saxofonist Billy Harper is veel introverter, maar minstens zo kundig en op tenor beslist ‘his own man’.
Harper heeft onder meer bij Randy Weston gespeeld, maar ook veel goede platen onder eigen naam uitgebracht. Hij heeft een warme sound waarin duidelijk de invloed van oosterse muziek doorklinkt. Die invloed kleurde ook het door hem geschreven openingsnummer, waarin stevige swing en een melancholische onderlaag hand in hand gingen. Een krachtige compositie net als de andere nummers op de setlist. “Peace maker” van Cecil McBee, “Sweet Rita Suite” van de prima pianist George Cables en “The Core” van Freddie Hubbard. Dat laatste nummer staat evenmin op “The night of the cookers” , maar gelukkig heeft deze band er niet voor gekozen om dicht bij het origineel te blijven. Ze doen hun eigen ding en dat met verve. De kracht van de composities geeft de solisten vleugels en niet andersom. Dat is de reden waarom het concert van de in hetzelfde idioom opererende Sean Jones goed, en dat van The Cookers echte klasse was.
De Duitse saxofoniste Susanne Alt. Ook het Brussels Jazz Orchestra met David Linx (Foto © Geneviève Ruocco) speelden op The Hague Jazz, evenals Piet Noordijk (Foto © Eddy Westveer)
Susanne Alt Quartet
Het kwartet van de van oorsprong Duitse saxofoniste met de toepasselijke naam stond wat ongelukkigerwijs geprogrammeerd in Chet’s House. Een zaal waarin niet alleen een allegaar van genres op de twee podia werd gebracht, maar waarin ook veel geluid van andere evenementen doordrong. Zo begon net toen Alt en haar band op wat ingetogener werk toelegden, een Bigband nummers van Oasis en Van Halen te spelen.
De band liet zich daardoor gelukkig niet van de wijs brengen. Hoewel de meeste leden nog jong zijn, komt het kwartet zeer professioneel over. De vier muzikanten zijn zeer goed op elkaar ingespeeld, zo goed, dat in de eerste nummers zelfs lichtjes het gevaar van een te routineuze aanpak dreigde. Die eerste, zelf geschreven composities zijn licht verteerbare swingstukken, enigszins in de stijl van Lee Morgans “The sidewinder”. Toegankelijk voor zowel jazzliefhebbers als voor een publiek dat vooral van dansen houdt. Alts vloeiende spel is voor dergelijke stukken uitstekend geschikt. Het soms wat hese geluid geeft haar spel iets flirterigs, dat goed past bij deze soort jazz.
Daarna schakelde de band over naar een andere stiel. Een fraai drieluik van de nieuwe cd “Delight” was niet alleen een mooi featurestuk voor de drummer, bassist en pianist, maar toonde ook aan dat de band raad weet met minder lichtvoetig werk. De gestreken bassolo van Sven Schuster vormde een zeer geïnspireerde opmaat naar een indrukwekkende tweespraak met Alt. Voor het afsluitende werk van het drieluik het door Alt zelf geschreven “Zindervlinder” schakelde ze over op sopraansax, een instrument waar ze even goed mee uit de voeten kan. “Delight”, de plaat die op punt van verschijnen staat, is pas de tweede cd van dit kwartet, dat groeit en ongetwijfeld zal blijven groeien. De licht verteerbare nummers waarmee het concert begon, neigden nu en dan naar voorspelbaar, de andere composities lieten echter horen dat het viertal wel degelijk naar diepgang zoekt en gelukkig ook vindt.
Imponerende concerten waren er ook van Briggan Krauss' Sexmob, Toots Thielemans en van de Zuid Afrikaanse zangeres Miriam Makeba die afscheid nam van het Nederlandse publiek. Foto © Eddy Westveer
Tot slot
De derde editie van The Hague Jazz zette de vorig jaar gevonden succesformule voort. Klinkende namen op het affiche. Flink ook wat niet-jazz op het programma en de echt avontuurlijke muziek komt nog steeds wat weinig aan bod. De verdeling van interessante acts over de avond blijft wat ongelijk, zodat er wel momenten zijn waarop je niet kunt kiezen en je op andere ogenblikken niet goed weet waar je heen moet. Daar staat tegenover dat de toppers niet teleurstelden. Met Hiromi’s Sonic Bloom, McCoy Tyner Trio featuring Joe Lovano en The Cookers waren er in elk geval drie topconcerten, naast veel andere die de moeite waard waren.
- The Hague Jazz website