Feestelijke cd-presentatie Quincey met veel afwisseling
CONCERTRECENSIE. Quincey, De Badcuyp Amsterdam, 22 februari 2011
beeld: Julia Free
door: Jan Jasper Tamboer
Beter een kleine zaal die afgeladen vol is, dan een grote zaal die gedeeltelijk leeg is. Dat moet trompettist Diederik Rijpstra van jazzband Quincey gedacht hebben toen hij het publiek nadrukkelijk bedankte voor de grote opkomst. De sfeer was in ieder geval prima met zoveel aanwezige enthousiastelingen in een volgepakte Badcuyp in de Amsterdamse Pijp. Vanavond hield Quincey zijn presentatie van het nieuwe album 'Balcony of the Irish Turtle'.
Trompettist Diederik Rijpstra toont de nieuwe cd ''Balcony of the Irish Turtle' aan het publiek, geflankeerd door saxofonist Floris van der Vlugt en pianist Daan Herweg.
Quincey maakt melodieuze jazz met een kop en een staart. Op een aanvankelijk ingezet thema komen de muzikanten altijd terug. De muziek is aantrekkelijk door deze toegankelijkheid, maar vooral ook door de vele variaties. De band verandert volop van toonsoort, dynamiek, tempo en maat, wat de muziek verrassend en speels maakt. Zo kan een ingetogen jazzballad plotsklaps omslaan in een up-temponummer, waarna het nummer vervolgens weer bedaart tot een weldadige rust.
Het materiaal voor het nieuwe album 'Balcony of the Irish Turtle' is afkomstig van de bandleden zelf.
Opvallend daarbij is het verschil in karakter van de stukken tussen pianist Daan Herweg en trompettist Rijpstra. De nummers van Herweg zijn wat emotioneler en melodieuzer dan de intellectuelere en abstractere nummers van Rijpstra. De twee zijn uiteenlopende persoonlijkheden die niet hoeven te botsen en dat ook niet doen. Het contrast vormt een onderdeel van de gevarieerdheid van wat Quincey heeft te bieden.
Trompettist Rijpstra is heel gewaagd in zijn spel, met breekbare, voorzichtige noten. Hier is goed te horen dat Eric Vloeimans zijn leermeester is geweest. Hij en saxofonist Floris van der Vlugt vormen een strak opererend duo, dat goed op elkaar is ingespeeld. Van der Vlugt speelt sober, met lange lijnen en rechte noten, daarmee allerlei versieringen overbodig makend. Pianist Herweg vormt de verbinding tussen de ritmesectie en de blazers, hij is de spil van het ensemble met zijn gedegen, maar ook frivole en lyrische partijen. Blokakkoorden en losse noten moeiteloos afwisselend, weet hij de ruimtes optimaal te benutten. Bassist Lucas Dols en drummer Jurjen Bakker zijn niet opvallend, maar wel degelijk zeer waardevol aanwezig. Zij leggen een voedingsbodem waaruit hun collega's kracht kunnen putten. Als Bakker veel applaus krijgt bij het voorstellen van de band, vindt hij daarin inspiratie om daarna met breaks uit te pakken zoals hij de hele avond nog niet gedaan heeft.
Over het algemeen spelen de bandleden van Quincey zeer beheerst, ze vliegen nergens uit de bocht.
Overweldigende emotie is niet van het gezicht van de jonge bandleden en hun spel af te lezen, of het moet zijn bij pianist Herweg, die af en toe vol overgave zijn hoofd in zijn nek werpt. Wars van fraaie uiterlijke schijn maken de vijf gewoon veel plezier zonder dat hun gemoed daarbij per se moet overlopen en ook zonder dikdoenerij. Tot grote helaasheid van publiek en band zelf is het concert ineens afgelopen na één set van nog geen anderhalf uur. Reden temeer voor Rijpstra om nog maar eens te wijzen op de aanleiding van dit optreden, de release van het verse album 'Balcony of the Irish Turtle'.