Fusionveteraan in Zwitserland
INTERVIEWdoor: Quint Italianer
Billy Cobham: ‘Ik ben niet goed in hielenlikkerij’
Foto © Anton Antonov
“Ze klinken goed vandaag”, zegt Billy Cobham tevreden, als hij een voor een zijn toms test bij de soundcheck voor zijn optreden in Zoetermeer. Daarna neemt hij nog snel een drumfilmpje op voor de site van zijn eigen online-drumschool. In mei wordt Cobham 69 jaar, maar hij blijft met slagwerk aan de gang.
In zijn vroegere jaren speelde Cobham onder andere met Miles Davis, Horace Silver en het Mahavishnu Orchestra. Later, toen hij solo ging, maakte hij baanbrekende fusionplaten, zoals ‘Spectrum’ (1973) en ‘Crosswinds’ (1974). Tegenwoordig houdt de drummer, die in Zwitserland woont, zich bezig met verschillende projecten. Met Asere speelt hij latinmuziek. In zijn eentje geeft hij clinics en doet hij one-man shows. Momenteel toert hij door Europa met de Billy Cobham Band, een fusiongroep waarvoor hij alle muziek zelf schrijft en arrangeert.
De juiste combinatie
De Billy Cobham Band bestaat uit Franse en Engelse muzikanten die Cobham via via leerde kennen. “Ik luisterde naar hun muziek en dacht: dit zou wel werken. Het gaat om het samenvlechten van ideeën. Ik heb zelfverzekerde mensen nodig die zich kunnen vereenzelvigen met mijn muziek. Het gaat er niet altijd om hoeveel noten ze spelen, of hoe bekwaam ze zijn. Het gaat erom hoe ze zich verhouden tot mij, tot de muziek en tot elkaar, zowel op het podium als daarbuiten. Als je de juiste combinatie van mensen vindt, heb je waarschijnlijk een band die een tijdje blijft bestaan.”
Ben je tevreden met hoe de muzikanten je muziek uitvoeren?
Hij denkt even na en zegt dan: “Ja, voor ongeveer 75 procent. Er is altijd ruimte om te groeien. Meestal is het niet hun schuld als er iets mis gaat. Ik moet eerst naar mezelf kijken. We spelen bijvoorbeeld veel muziek die ik voor zes mensen heb geschreven. Maar één persoon is er op dit moment niet, de steelpanspeler. Delen van zijn partij moeten nu gespeeld worden door één van de andere vijf, vooral de keyboardspelers. Ik weet nog steeds niet hoe het precies moet worden. Dat is ook een kwestie van tijd. Maar het is mijn eigen verantwoordelijkheid. Zodra ik het heb geregeld, ben ik ervan overtuigd dat de muzikanten zullen spelen zoals ik zou willen dat ze spelen.”
'De muzikantenscene in de VS is als een kind dat aandacht wil van zijn ouders.' Foto © Maarten Mooijman.
In Europa
Meer dan dertig jaar geleden verhuisde Cobham van de VS naar Zwitserland. Enkele collega-muzikanten hadden de oversteek naar Europa al gemaakt, Cobham was ook nieuwsgierig. Aanvankelijk was hij van plan zes weken te blijven. Zes weken werden zes maanden, zes maanden werden tientallen jaren. Heel af en toe maakt hij een bergwandeling, en zo nu en dan speelt hij squash, als hij niet druk aan het werk is – dat is meestal wel het geval.
Sommige Amerikaanse muzikanten verblijven een korte tijd in Europa, anderen permanent. Ben je erachter gekomen waarom?
“Nee. Als algemene observeerder kan ik zeggen: veel muzikanten die permanent in Europa blijven, stichten een gezin of krijgen een blijvende relatie. De anderen komen hier omdat ze werk nodig hebben. Maar ze komen met het idee dat ze op een gegeven moment terug zullen keren naar de VS, omdat ze bang zijn anders hun roots te verliezen.”
Cobham legt uit waarom het zo moeilijk is om als muzikant succesvol te zijn in de VS. “Op elke straathoek vind je een genie. Het zijn er te veel. Ze hebben geen werk en zijn dakloos. Het lijkt een beetje op een kind dat aandacht wil van zijn ouders. Hij krijgt een enorme driftbui, maar de ouders zien hem niet staan. Je hebt in de VS al die muzikanten die zeggen: ‘Kijk wat ik kan!’ Maar de mensen zeggen steeds weer: ‘Ga weg jongen, ik heb last van je’. En zo kan het hun hele leven gaan. Financieel is dat heel lastig. Sommigen snappen de hint en gaan het ergens anders proberen.”
Het harde muzikantenleven in de VS is volgens Cobham ook het gevolg van de geringe financiële steun die de Amerikaanse regering aan de kunsten geeft. “Het budget is – ik heb het laatst nog gecheckt – minder dan een miljoen dollar. Dit zijn de Verenigde Staten, vijfduizend bij vierduizend kilometer, en dat is alles wat ze hebben! Ga ondertussen eens in Italië kijken, dat in slechte staat verkeert met al die Berlusconi-ellende. Daar hebben ze tientallen miljoenen voor de kunsten.”
Brown-nosing
Volgens Cobham moet je als muzikant in de VS een neus hebben voor zaken, anders red je het niet. “Amerika is een grote rubberboom: je blijft er tegenop rennen en je glijdt steeds weer terug. Tenzij je echt bekwaam bent in je beroep, en dat beroep strekt zich uit tot gebieden waar muzikanten zich vaak niet mee bezig willen houden. Zakelijkheid is daar een van. Politiek ook. In de politiek is er een term, brown-nosing. Dat betekent dat mensen constant dingen zeggen als: ‘Kan ik je ergens mee helpen? Hoe gaat het met je zoon, je vader, je moeder? Kijk, ik heb bloemen voor je!’ Ze proberen aandacht op zichzelf te vestigen, om het werk te krijgen dat ze graag zouden willen, of een specifiek contract of impresario. En ik was daar nooit goed in. Vandaar dat ik hier ben.”
‘Ik kreeg een telefoontje: “Billy Cobham is dood!”’
Foto © Maarten Mooijman.
Ondanks het feit dat je een vrij groot muzikant was.
“Nou, in de ogen van sommigen, maar zeker niet iedereen vond dat. Ik was gewoon een van de velen die best goed waren, maar ik was niet goed in brown-nosing. Ik ging niet om gunsten vragen bij iemand die jingles boekte of me in een Broadwayshow kon zetten, en dan als tegenprestatie voor hem een jaarvoorraad pindakaas kopen. Op een gegeven moment vroeg ik me af: is dit het waard? Ik ging liever uitzoeken wat er aan de gang was aan de andere kant van de oceaan. Ik wilde zien wat er daar allemaal gebeurde, in vergelijking met de Verenigde Staten. Iedereen had het altijd over Europa als een soort leerschool voor muzikanten. Dus ik ging.”
Is het muzikantenbestaan in Europa makkelijker?
“Ja. Een optreden krijgen is in Europa absoluut minder moeilijk. Ik herinner me een jongen genaamd Jim Hall, die het hele jaar door in clubs in New York speelde. Voor tien, twintig, dertig knaken per avond. Soms speelde hij zelfs voor nop. Stond er een hoed waar mensen na afloop geld in konden stoppen. Dat kreeg de band dan. Tenminste, als niemand het jatte. Hij deed die optredens omdat hij wíst dat hij in de zomer naar Europa zou gaan. Hij liet zijn gitaar achter, nam één paar ondergoed mee. Niets kon hem ervan weerhouden naar het North Sea Jazz Festival te gaan. Hij ging erheen, léénde een gitaar, en dat was de kick off van zijn zomertour! Hij speelde op festivals door heel Europa en in zalen van 1200 man, vanaf juni tot eind augustus. Hij verdiende al het geld dat hij nodig had voor een heel jaar, tot aan het volgende North Sea Festival. Wat een ongelooflijke legende.”
Telefoontje
Weg zijn uit de VS heeft soms tot gevolg dat mensen daar denken dat je überhaupt niet meer in leven bent, vertelt Cobham. “Ergens in mijn eerste jaren in Zwitserland kreeg ik een telefoontje van een muzikant die huilend zei: ‘Oh mijn god, we hebben gehoord dat Billy Cobham dood is!’ Ik zei: ‘Wie is dit? Waar heb je het over?’ Hij: ‘JIJ BENT HET! Oh god, we hoorden… bla bla bla.’ Zo gaat dat. Mensen zeggen tegen elkaar: ‘Wat is er met Billy gebeurd? Ik heb hem al lang niet meer gezien.’ Zoiets verspreidt zich dan snel. Mensen kijken niet verder dan hun eigen kring. Ze zitten opgesloten in hun eigen kleine gemeenschap in Greenwich Village, waar zo’n twintig clubs zijn. Ze spelen alleen maar daar. Als je er geen deel van uit maakt, ben je dood. Ergens anders heen? Hoezo? Ze hebben daar alles wat ze nodig hebben.”
Zie ook:
- 11-03-13 Billy Cobham zet indrukwekkende show neer (concertrecensie Zoetermeer)