Billy Cobham zet indrukwekkende show neer
CONCERTRECENSIE. Billy Cobham Band, Cultuurpodium Boerderij Zoetermeer, 9 maart 2013
beeld: Maarten Mooijman
door: Quint Italianer
Voordat het concert is begonnen, veroorzaakt de indrukwekkende gouden glitterkit van Billy Cobham al de nodige oh’s en ah’s in de zaal: zeven toms, twee bassdrums en vijf bekkens zijn de ingrediënten waarmee de 68-jarige drummer gaat kokkerellen vanavond.
Spectaculair concert Billy Cobham Band in Zoetermeer, met basgitarist Michael Mondesir en toetseniste Camélia Ben Naceur.
De band – naast Cobham bestaande uit uitstekende Engelse en Franse musici – trapt af met een aantal stukken van Cobhams recente albums ‘Fruit from the loom’ (2008) en ‘Palindrome’ (2010), voornamelijk fusion met Cubaanse en Braziliaanse invloeden. Hoewel sommige nummers wat gelikt klinken, swingt de band enorm. Vele stijlen komen voorbij, vaak zelfs meerdere in één nummer: van rustige jazz naar dramatische fusion en strakke funk.
Subtiliteit is het sleutelwoord van de avond. Cobham doseert: hij speelt zijn nummers niet vol met technische foefjes, maar laat de muziek open. Slechts heel af en toe laat hij een razendsnelle drumbreak horen die zo karakteristiek was voor zijn tijd in het Mahavishnu Orchestra en zijn vroege solojaren. Door de leegte op te zoeken laat Cobham zijn medemuzikanten schitteren.
Toetseniste
Met name de Franse toetseniste Camélia Ben Naceur speelt de sterren van de hemel. Ze laat zich van vele muzikale kanten zien: van bad-ass funky spel in Cobhams strakkere nummers, naar een dromerige maar dreigende solo aan het begin van ‘A day’s grace’, waarbij Keith Jarrettachtige gospelinvloeden in haar spel zijn te horen.
Cobhams drumsolo halverwege de show behoort tot de hoogtepunten van het optreden. Met vier stokken tegelijk legt hij subtiele, maar toch virtuoze tribal grooves neer op zijn zeven
toms: ze krijgen allemaal even veel liefde en aandacht. De zaal, gevuld met zo’n vijfhonderd man, luistert muisstil als Cobham zelfs met zijn blote handen begint te spelen.
Gitarist Jean-Marie Ecay. Billy Cobham. Steve Hamilton op keyboards.
Het delicate spel zwelt langzaam aan tot een explosieve groove, die uiteindelijk uitmondt in ‘Stratus’, Cobham’s grote hit uit vroeger tijden. Het is één van de drie gouwe ouwen die voorbijkomen: ook ‘Crosswinds’ en ‘Red Baron’ worden gespeeld, met een stevig fusionjasje eromheen.
Vertragen
Een kanttekening bij Cobhams zeer muzikale drumwerk is dat hij af en toe een beetje vertraagt. Dat haalt de energie uit de groove. Verder blijft er één wens hangen in het achterhoofd van de luisteraar: had Cobham maar echte blazers meegenomen. De trompetjes uit het keyboard klinken kitscherig en goedkoop, vrij irritant zelfs, als een ouderwetse Nintendo 64-game. Een stuk of twee blazers waren genoeg geweest om sommige uitvoeringen net wat meer karakter te geven.
Op Cobhams medemuzikanten is niets aan te merken: gitarist Jean-Marie Ecay en bassist Michael Mondesir spelen technisch perfect, luisteren goed en leggen veel gevoel in hun spel. Billy Cobham heeft zich omringd met een fantastische band, is zelf ook in goede vorm en zet zo, op zijn oude dag, nog altijd een indrukwekkende show neer.
Binnenkort op Jazzenzo een interview met Billy Cobham door Quint Italianer.