Bert Joris Quartet intiem en expressief
CONCERTRECENSIE. Bert Joris Quartet, Porgy en Bess Terneuzen, 9 oktober 2011
beeld: Eddy Westveer
door: Mischa Beckers
Van het Bert Joris Quartet verscheen eind september het album 'Only for the honest'. Gestileerde jazz, gebracht door een kwartet dat al sinds 2000 samen is en samenspel met een hoge intensiteit laat horen. Met veel aandacht voor de melodie, soms lyrisch, maar net zo goed speels uitgevoerd, met een vleugje soul of blues. Joris vindt ’Only for the honest’ logischerwijze een vervolg op al hun eerdere samenwerkingen. Het is echter het eerste project dat ze volledig zelf in handen hadden en waarin ze zichzelf konden zijn, zonder enige druk van buitenaf, zo meldde hij. Zondag speelde het Bert Joris Quartet in Porgy en Bess in Terneuzen.
Het kwartet van trompettist Bert Joris presenteerde in Porgy en Bess hun nieuwste album 'Only for the honest'.
“Het nieuwe album is er eentje voor in de zetel, iets intiemer en intenser dan de vorige”, aldus Joris. Maar al vanaf het openingsnummer van het concert, ‘Brother Alfred’, bleek dat de stukken live expressief uitgediept werden. Pianist Dado Moroni schreef het stuk als ode aan zijn idool McCoy Tyner. In de uitvoering trok hij al snel de aandacht naar zich toe.
Moroni speelde een stortvloed aan akkoorden maar zette die zo subtiel achterelkaar dat elke kleur afzonderlijk overeind bleef. Sowieso was het tijdens dit concert vaak een belevenis om te horen welke weg hij koos om van A naar B te gaan. Supersnelle ineengrijpende loopjes klonken, maar ook bombastische akkoorden. Niet zelden creëerde hij een patroon waarbij de linkerhand rollende en donderende bassen voortbracht in cadans gezet door staccatoakkoorden met rechts. Humorvol ook met listige hink-stap-sprongen of een binnengesmokkeld citaatje in bijvoorbeeld ‘Flavio’s circle’. In de begeleiding vormde de pianist een eenheid met Joris. Zeker in de wat ingetogener stukken zoals ‘Spaces’ of de bluesy ballad ‘All over me’.
Bert Joris speelde lyrisch, met een zachte maar gedefinieerde toon en fluisterde. In ‘Sundown’, geïnspireerd op “een blokhutje dat ik heb in het mooiste stukje natuur dat ik ken, de Belgische Kempen, en waar ik graag naar de zonsondergang kijk”, toonde Joris dat, zeker als je weinig noten speelt, het er op aan komt hoe je die dan zo optimaal en effectief mogelijk laat klinken. Heel intiem werd de uitvoering daardoor. Moroni benadrukte de melodie door zacht akkoorden te laten echoën op enkelvoudige trompettonen of door zijn noten zo te spelen dat ze bijna van de trompetklanken leken af te druppelen. De ingetogen nummers werden afgewisseld met meer up-tempo materiaal en met name in ‘King combo’ liet Joris zich gelden in een felle improvisatie.
Bert Joris Quartet (m) pianist Dado Moroni, Bert Joris, contrabassist Philippe Aerts en drummer Dré Pallemaerts.
Contrabassist Philippe Aerts en drummer Dré Pallemaerts vormen een solide ritmesectie. De onderliggende structuur van bijvoorbeeld ‘Brother Alfred’ is complex maar bij hen swingt het op een vanzelfsprekende manier. Met name Pallemaerts communiceerde veel met Moroni, kwam met creatieve invallen en gebruikte dynamiekverschillen heel effectief. In ‘Magone’ (titeltrack van het vorige album) lieten de heren overigens horen wat goed grooven is. Slechts een minimaal basloopje, gedubbeld door piano, en dito drumpartij vormde de basis. De kunst van het weglaten, spelen met ruimte en de juiste ritmiek zorgde voor een heerlijke spanning die Joris nog eens opvoerde door de melodie er heel zacht, bijna alleen lucht verplaatsend en zuigend, over heen te spelen.
Bijzonder is dat het kwartet zondag ook een gratis workshop voor jazzensemble gaf aan leerlingen van de Zeeuwse Muziekschool. Joris geeft niet alleen in Bern les. Hij is tevens hoofddocent trompet aan het Lemmensinstituut in Leuven. Aerts en Pallemaerts doceren daar ook, de laatste bovendien aan het Conservatoire National Supérieur de Musique te Parijs. Moroni tenslotte, werkt voor het conservatorium van Turijn. Een uitgelezen kans dus voor de jeugd, die zondag een gratis openbare les kon bijwonen en in korte tijd veel opstak over de fijne kneepjes van het jazzvak.