Melancholische toon Ruben Hein past veel genres
CONCERTRECENSIE. Ruben Hein & Friends, Tolhuistuin Amsterdam, 12 augustus 2011
beeld: Thomas Huisman
door: Jan Jasper Tamboer
Voor een geslaagd avondje uit is een podium met apparatuur, lampen en eventueel decor niet genoeg. Nee, de locatie moet iets extra's bieden, iets feestelijks of iets avontuurlijks. Culturele vrijplaats Tolhuistuin biedt beide, met zijn openluchtsfeer, omgeven door hoge bomen en feestverlichting en overkapt met enorme tentzeilen. Er heerst een Parade-achtige sfeer, ideaal voor Ruben Hein & Friends.
Ruben Hein lost zijn belofte van rijzende ster in Tolhuistuin volledig in.
Hein speelt poppy jazz, of zo u wilt, jazzy pop met een flinke slok soul. Zijn naam dook voor het eerst op in de samenwerking met Benjamin Herman in 2008. Op het verzamelalbum 'When Pop Meets Jazz' van Muziekcentrum Nederland uit 2009 is zijn inbreng opvallend. Heins ster is rijzende sinds zijn single 'Elephants' veel op 3FM werd gedraaid en hij het album 'Loose Fit' uitbracht op Blue Note. Onlangs nog stond hij op North Sea Jazz, de televisieregsitratie daarvan werd uitgezonden bij de publieke omroep.
Afgaande op de aankondigingen in de publiciteit leefde de verwachting dat Hein deze avond centraal zou staan en dat hij daarnaast zou jammen met de bands Seeka en Steye. De drie acts hebben echter alle een gelijkwaardig deel deze avond en van jammen komt het niet. Hein zelf doet slechts een set van drie kwartier. Het is wel zijn avond in die zin dat hij de andere groepen heeft uitgekozen. Wie speciaal voor hem gekomen is, moet wachten tot het eind van de avond.
Hein kondigt ze aan als een grote belofte, de Amsterdamse drie van het powertrio Seeka. Hun eerste nummer wekt herinneringen op aan verre voorgangers, de Britten van jaren zestig supergroep Cream. Verderop tijdens de set komen namen bovendrijven als Living Colour, N.E.R.D. en Red Hot Chili Peppers. Niets nieuws dus onder de zon. Wel is de uitvoering sterk, bezield en overtuigend. Jammer is, dat de techniek te wensen overlaat, het gemis van een PA doet zich voelen, vooral in de zang. De inzet is er niet minder om, met hun rechttoe-rechtaan aanpak, zonder veel nuances of subtiliteiten. Zeer effectief allemaal. Eind september komt hun single uit, met clip.
Ruben Hein brengt poppy jazz met een flinke slok soul.
Steye is een stuk lichter, met zijn melodieuze pop, funk en new wave. Ze hebben met de prominente inzet van een synthesizer een jaren tachtig geluid, maar doen ook aan vroegere jaren denken met de humor en new wave van een band als Gruppo Sportivo. Ook hier komt de zang niet uit de verf en van de falset van Steye blijft helemaal niets over. Hoewel de zanger wel probeert het publiek op te peppen, straalt het geheel geen overtuiging uit. Toch is de uitstraling wel positief.
Hein heeft een onderscheidend, want kenmerkend stemgeluid, met zijn melancholische toon, die altijd doorklinkt, of hij nu een ballad zingt of een up-temponummer. Hij heeft een stel prima muzikanten om zich heen verzameld. Gitarist Paul Willemsen (Zuco 103) en altsaxofonist Floris van der Vlugt (Quincey, Wicked Jazz Sounds) krijgen glansrollen en maken de jazzcomponent van deze avond helemaal waar met hun opborrelende solo's. De enerverende hit 'Elephants' krijgt een opzwepende uitvoering met puntige blazers en 'Somebody to Love' is erg laidback, met Van der Vlugt op keyboards. Als Hein en zijn band worden teruggeroepen voor een toegift, memoreert hij Amy Winehouse, maar hij sluit af met 'Lady Day and John Coltrane' van de eveneens onlangs overleden Gil Scott-Heron. Hein lost zijn belofte van ster volledig in, hij was het wachten waard.