Andy Sheppard betovert Bimhuis met fluisterjazz
CONCERTRECENSIE. Andy Sheppard Trio, Bimhuis Amsterdam, 27 maart 2025
door: Jeroen Jansen
Wie een beetje ‘hip’ wil overkomen in een gesprek over jazz, die haalt de naam aan van een willekeurige Britse artiest in dat genre. Brexit heeft geen vat op hen: de toekomst van jazz is voor een groot deel te horen in het Verenigd Koninkrijk. De aanstekelijke mix van jazz en wereldmuziek, geïnjecteerd met funk, hip hop en soul is op elk serieus festival of podium te horen, maar weten we ook op welke schouders sterren als Nubya Garcia en Shabaka Hutchings staan?
Andy Sheppard Trio op de planken van het Amsterdamse Bimhuis. Foto © JJ.
Ereplek
Ergens in dat verhaal hoort saxofonist Andy Sheppard thuis, die eind jaren tachtig al pionierde op dit gebied en sindsdien een pracht van een carrière opbouwde. Samen met mede-visionair Courtney Pine horen ze een ereplek te hebben in het canon van de Britse jazzgeschiedenis. En toch trok de schitterende muziek van Sheppard afgelopen donderdag maar een half gevulde zaal van het Bimhuis.
Exoot
Toegegeven: wie Andy Sheppard het podium op ziet lopen, ziet niet direct een ster in hem. Het excentrieke baardje a la Pharoah Sanders maakt hem nog enigszins een exoot, maar verder lijkt hij zich bijna te generen dat hij als bandleider daar staat, op één van de vooraanstaande jazzpodia.
Wie hem een beetje kent weet dat er achter het introverte schild een imposante jazzartiest schuilt. Groot geworden in de orkesten van George Russell en Gil Evans maakte Sheppard eind jaren tachtig furore met zijn gelijknamige debuutalbum. Er volgde een hele rits van platen waarin hij jazz met elektronica en wereldmuziek vermengt, vér voordat het modieus werd. Het grote jazzpubliek kent hem vooral als het derde lid van het trio met Carla Bley en Steve Swallow en misschien ook wel als artiest op het befaamde ECM-label. Verder is hij professor aan het conservatorium van Bristol en kun je saxofoons kopen die zijn naam dragen. Kortom: Andy Sheppard hoeft niets meer te bewijzen.
Andy Sheppard omringt door de Italiaanse pianist Rita Marcotulli en de Franse bassist Michel Benita. Foto © JJ.
Filmisch
Sheppard leverde een wonderlijk concert af in het Bimhuis. In het eerste deel concentreerde hij zich vooral op eigen stukken die binnenkort verschijnen op een nieuw ECM-album. Op dat album speelt hij met dezelfde muzikanten als tijdens dit concert: de Italiaanse pianist Rita Marcotulli en de Franse bassist Michel Benita. Mensen die hun strepen verdiend hebben en waar Sheppard al jarenlang mee speelt. Toch vindt hij het nodig om bijna verontschuldigend mede te delen dat ze nog niet vaak op tournee zijn geweest met elkaar. Daar blijkt niets van, want de eerste stukken doen je verlangen naar dat nieuwe ECM-album.
Nummers als ‘Encantos’, ‘Salgado’ en ‘Elevation’ zijn compacte parels waarbij de nadruk vooral op het groepsgeluid ligt. De muziek heeft een sterk filmisch karakter en ademt romantiek uit, waarin elk lid van het trio miniem de leiding neemt. Michel Benita valt op met mooie gestreken baslijnen, Rita Marcotulli stuwt voort maar speelt vederlicht en Sheppard zélf laat sporadisch zijn prachtige geluid op tenor en sopraan horen, dat ergens aan het sacrale van Charles Lloyd en zijn grote idool John Coltrane doet denken. Maar nooit te lang: voordat je er als publiek lekker in zit stopt hij weer met spelen.
Golden Retriever
Dankzij de Golden Retriever van Sheppard wordt het tweede deel van het concert totaal anders. Het nummer dat naar hem vernoemd is, ‘Willie’, toont een andere kant van het trio. Speels en dartelend valt de groep op een prettige manier uit elkaar. De solo’s worden langer, Marcotulli trommelt in het binnenwerk van de piano, Sheppard laat met circular breathing zijn instrument loeien en Benita bedient zich van overtones op de hals van zijn instrument. Het publiek zit inmiddels op het puntje van de stoel als in ‘Irene’ de groep transformeert naar een duo, een solo en dan weer een trio-optreden.
Muziek van het allerhoogste niveau, fluisterend gespeeld, bijtend maar ook lyrisch: het beneemt je de adem. Na een lang uitgesponnen versie van ‘Where Did You Go’ en een ovationeel slotapplaus besluit Sheppard met het enige nummer dat niet van zijn hand is. Het hartverscheurend mooie ‘Lawns’ van zijn voormalige werkgever Carla Bley beantwoordt aan de sfeer die er al de hele avond in de lucht hangt: de herinnering aan al het moois dat hij met dat trio speelde maar ook de nieuwsgierigheid waar Sheppard zélf naartoe gaat. Het smaakt allemaal naar véél meer: hopelijk letten de programmeurs op.