Artikel geprint vanaf Jazzenzo.nl

Paul van Kemenade zet jubileumtoernee daverend in

CONCERTRECENSIE. 013 Tilburg. Jubileumtoer Paul van Kemenade. Paul van Kemenade Quintet plus Herman van Haaren, Les Frères Guissé, Michiel Braam, Metropole Orkest, 11 oktober 2007
beeld: Marcel Mutsaers
door: Rinus van der Heijden

Voor altsaxofonist, componist en bandleider Paul van Kemenade is een drie maanden durend feestje aangebroken. Afgaande op de start van die muzikale fuif gaat het een orgie worden. Want de storm die de feesteling met zijn kwintet en gast Herman van Haaren, de Senegalese broers Guissé en het veelkoppige Metropole Orkest donderdagavond in popcentrum 013 ontketende, belooft wat voor muziekminnend Nederland.


Paul van Kemenade opende gisteravond in popcentrum 013 zijn jubileumtoer met Metropole Orkest o.l.v Jim McNeely, Les Frères Guissé, Michiel Braam en Quintet- klik op foto

Paul van Kemenade is dit jaar dertig jaar improviserend musicus en 25 jaar leider van zijn gelijknamige kwintet. Dat laatste alleen al is een feestje waard, want welke groep uit het randgebied dat jazz heet, houdt het een kwart eeuw uit in het van geld verstoken improcircuit? Het concert van donderdag betekent tot eind december een eindeloze rij van optredens, in allerlei samenstellingen, met Paul van Kemenade natuurlijk in alle hoofdrollen.

In een woord samengevat kun je dit openingsconcert typeren als ‘monumentaal’. Er werd - over het algemeen - niet alleen op hoogstaand niveau gemusiceerd, een bijna uitverkocht 013 kreeg ook het uitgebreide oeuvre en de ontwikkeling daarvan van een unieke componist opgediend. Paul van Kemenade’s repertoire is zeldzaam. Het kenmerkt zich door een constante lyriek, eerbied voor de jazztraditie, een open deur voor allerlei invloeden (vooral Afrikaanse) en een oneindig spectrum voor vrije, individuele en groepsimprovisaties. Voeg daarbij Paul van Kemenade’s spelopvatting op altsaxofoon; fel, hartstochtelijk, zingend en borend en je krijgt een concept dat je nergens anders ter wereld aantreft.

Zo’n feestconcert móet natuurlijk een of meerdere hoogtepunten bevatten. Dat was ook zo. Het optreden werd naar een absoluut hoogtepunt getild toen het Metropole Orkest onder Jim McNeely en solist Paul van Kemenade ‘JaJaJa Mr. M.’ inzetten. Van Kemenade had niet hoeven uitleggen dat dit stuk een ode is aan orkestleider, componist en contrabassist Charles Mingus. Al bij de inzet was duidelijk aan wiens muziek deze compositie refereerde. De duistere, lage koper- en strijkerspartijen deden denken aan Mingus’ ‘Chill of Death’. De spanning werd gaandeweg opgevoerd en spatte uiteen, toen Paul van Kemenade een cha-cha-cha inzette, die door het orkest werd overgenomen. Dat was de inzet voor een ultiem dansfeest, dat eindigde in de omhelzing van de altklanken van de solist door violen en celli.

Twee stukken van dit concertgedeelte werden gearrangeerd door Niko Langenhuijsen, andere door de Amerikaan Jim McNeely. Die man is in grote kringen relatief onbekend en dat is onbegrijpelijk. Hij is van het niveau van Gil Evans, die zo vaak muziek van Miles Davis arrangeerde. Evans deed dat bovendien ooit even indrukwekkend met de muziek van Jimi Hendrix als McNeely nú met Paul van Kemenade’s muziek. Elk detail is bij de Amerikaan uitgewerkt, precieus neergelegd binnen het grote orkest, hetgeen een indrukwekkende en ongeëvenaarde totaalklank oplevert. Ook Niko Langenhuijsen, ooit leermeester van Paul van Kemenade leverde prachtprestaties met een oeuvre dat hij natuurlijk kent als zijn binnenzak.

Over arrangeren gesproken, dat aspect liep als een rode draad door het eerste deel van het concert. Toen traden het Paul van Kemenade Quintet met als gast violist Herman van Haaren en Les Frères Guissé aan. Er werden afwisselend nummers van de Afrikanen en Paul van Kemenade gebracht. In ´Fouta´, ´Ummo´ en ´Siré´ pakte dat mooi uit en vond een naturelle vermenging van twee muziekstijlen plaats. In ´Stranger Than Paranoia´ en ´Second Call´, twee klassiekers uit het Van Kemenaderepertoire, was daar geen sprake van. Het oorspronkelijke ´Stranger Than Paranoia´ - poëtisch en agressief tegelijk - kreeg een gezongen tussenstuk, dat het unieke karakter van de compositie regelrecht onderuit haalde. Voor ´Second Call´ gold hetzelfde. Slechts het thema bleef overeind en dat was doodjammer, omdat met name de groepsactiviteiten de inhoud ervan bepalen.

Direct daarna trok Paul van Kemenade de zaak weer recht in een duo-optreden met pianist Michiel Braam. De altist zei voor aanvang dat zijn stuk ´Bramen plukken´ maar tien minuten zou duren. Het leek echter veel korter en dat zal wel hebben gelegen aan de topkwaliteit die de twee solisten aan deze compositie meegaven. In korte tijd raasde alles voorbij: van vaudeville tot klassiek, van impro tot revue, van liedcultuur tot jazz.

Wederom een brevet van kundigheid van deze reusachtige componist en uitvoerder.


© Jazzenzo 2010