Artikel geprint vanaf Jazzenzo.nl

Binney, Taborn, Colley en Blade geven bezieling en kunde

CONCERTRECENSIE. Bimhuis Amsterdam, David Binney, Craig Taborn, Scott Colley, Brian Blade, 21 mei 2008
beeld: Thomas Huisman
door: Tim Sprangers

Saxofonist David Binney, pianist Craig Taborn, contrabassist Scott Colley en slagwerker Brian Blade zijn gelauwerde jazzmuzikanten uit hetzelfde straatje. De leden van dit kwartet genieten een indrukwekkende reputatie zowel als sideman en leider in bands waarin techniek en improvisatie centraal staan. Het beloofde in het Bimhuis een feestje van hoogstaande jazz te worden.


Een onuitputtelijke bron van thema's brachten Scott Colley, David Binney en Brian Blade

Het drie uur durende concert vormde een onuitputtelijke bron van interessante thema’s, knallende interacties en sublieme solo’s. De vier improvisatoren speelden ingewikkelde spelletjes. Ze konden elkaars thema’s imiteren en verder fantaseren, terwijl de ander zich allang op andere materie concentreerde. Zo leken ze mijlenver uit elkaar te drijven om via een enkele blik weer op een lijnrecht spoor te belanden. Deze conversaties waren fantastisch om te volgen, maar ook individuele uitspattingen fascineerden.

De klankkleur van Binney, de leider van het viertal, leek in het begin wat karakterloos en eenzaam. Met vloeiende ladders, en minuten durende kronkelende intro’s en intermezzo’s wist hij deze impressie echter snel teniet te doen. De akoestiek in het Bimhuis, die ervoor zorgde dat zijn ijdele geluid niet ontspoorde in galmen maar behouden bleef, hielp hem hierbij. Pianist Taborn leek het meest te worden geïnspireerd door de felle licks van Binney. Het spel van de twee muzikanten heeft dan ook de nodige overeenkomsten. In solo’s halen beiden geen adem en akkoorden liggen zelden ver uit elkaar. De verhalen zijn lief, vloeiend, zweverig en bovenal retesnel.

Voor Colley is openheid in muziek en houding het belangrijkste om goede en mooie muziek te maken. Constante interesse en ontvankelijkheid in elkaar vormen voor de bassist de basis voor jazz. Colley keek constant naar de bandleden en speelde op dynamische wijze met de initiatieven van wie dan ook. De oudste van het stel vormde tegelijkertijd het handvat van het kwartet; hoe creatief en veelzijdig hij ook omging met melodieën en ritmes, Colley bleef een onpartijdigheid behouden zodat iedereen de mogelijkheid had om op hem terug te vallen.


Craig Taborn, David Binney, Brian Blade

En dan was er natuurlijk nog drummer Brian Blade. De enthousiaste Amerikaan heeft het woord funk op zijn voorhoofd staan. Blade denderde door de lege thema’s heen met een weelderigheid die vrijwel niet te volgen was. Hij lijkt zelfs allerlei ritmes door elkaar te spelen en met zichzelf in interactie te gaan terwijl één principe centraal staat: de groove. Blade wist eigenlijk elk moment te overtuigen, nimmer verloor hij de hitsigheid uit het oog. De drummer is onder meer bekend van formaties met Joshua Redman, Kenny Garret en Pat Metheny.

Stukken waren lang en soms net niet helemaal in balans, waardoor ze op het einde toch wat van hun spanning verloren; het was moeilijk de aandacht er onophoudelijk bij te houden. Het is ook bijna onmogelijk om een optreden met veel improvisatie drie uur lang boeiend te houden. Experimenten kunnen tijd kosten om interessant te raken. Toch verveelde het nauwelijks; de combinatie van bezieling en kunde zullen nimmer saai worden.


© Jazzenzo 2010