Zó klinkt improvisatiemuziek anno nu CONCERTRECENSIE. Mete Erker Trio., Muziekpodium Paradox Tilburg, 12 september 2008
door: Rinus van der Heijden
Om nu alle openingsconcerten van jazzpodia in Nederland te gaan bespreken, nee, daar passen we voor bij Jazzenzo. Maar dit ene, de carte blanche die saxofonist Mete Erker kreeg van de programmacommissie van muziekpodium Paradox in Tilburg, daar maken – sterker nog: móeten – we een uitzondering voor (maken).
Het trio van saxofonist Mete Erker opende afgelopen vrijdag het concertseizoen van Paradox, met André Nendza contrabas en Christoph Hillmann slagwerk (beeldarchief)
Mete Erker heeft zich in enkele jaren tijd ontwikkeld tot een persoonlijkheid op tenor- en sopraansaxofoon. Hij speelde en speelt in allerlei groepen als bijvoorbeeld het Stefan Lievestro Sextet, DiMaMi, Laetitia van Krieken's Big Bang, Eric van der Westen's Quadrant Extended, New Cool Collective, Fra Fra Sound, Beef en het Kindred Spirits Ensemble. Daarnaast is hij de spil van het Artvark Saxofoon Kwartet en vormt hij een duo met pianist Jeroen van Vliet. En nu is hij plotseling leider van een gloednieuw trio, dat een overdonderend visitekaartje af gaf tijdens de seizoensopening van Paradox.
Mete Erker is naar eigen zeggen op zoek naar de absolute vrijheid die tenorsaxofonist Sonny Rollins zichzelf eind jaren zestig verschafte. Met name op bootleg-elpees is te horen hoe Rollins zich in die muziek zonder (harmonische) grenzen wentelde. Het is daarbij niet zo, dat Mete Erker en zijn twee Duitse medemusici zich van het oeuvre van de Amerikaanse tenorkolos bedienden. Integendeel en gelukkig maar. In hun eerste concert als trio namen ze Rollins´ vrijheid als leidraad, maar het repertoire dat ze speelden varieerde van eigen stukken tot een van Steve Coleman.
De muziek van het Mete Erker Trio is over het algemeen dicht van structuur, zonder ergens in een notenbrij te ontaarden. De leider beschikt over een krachtig geluid vol articulaties op zowel tenor- als sopraansaxofoon. Zijn spel is soms omfloerst, dan weer krachtig en veelzeggend. Hij ziet kans op de juiste momenten adempauzes in de muziek te leggen, die verder worden versterkt door het vaak bedachtzame spel van contrabassist André Nendza. Daar tegenover staat de vloedgolf van noten, die Christoph Hillmann uit zijn slagwerk knuppelt. Hij beschikt over een onuitputtelijke fantasie, die de muziek alle kanten in drijft. Opvallend is hoe bij dit eerste concert, de andere twee musici zich geen seconde uit het veld laten slaan, maar anticiperen op de onvoorspelbare ranselpraktijken van Hillmann. Als resultaat levert dit op, dat de ene verrassing na de andere zich aandient en je met ingehouden adem hoort en ziet hoe fraai improvisatiemuziek anno nu kan klinken. Improvisatiemuziek die daarbij zo transparant is als een pas gewassen spiegelruit.
Het is te hopen dat de uit Tilburg afkomstige saxofonist conclusies trekt en dit intrigerende trio een langer leven laat beschoren zijn dan dit ene concert.
© Jazzenzo 2010