Artikel geprint vanaf Jazzenzo.nl

Het Sun Ra Arkestra raast zes dagen als storm door Tilburg

CONCERTRECENSIE. Sun Ra Arkestra, Paradox 18 en 20 september, Muzentuin Tilburg 21 september, 2008
beeld: Stef Mennens 
door: Rinus van der Heijden

Een orkaan die SRA heette, heeft zes dagen boven Tilburg gewoed. Een muzikale typhoon, want dit SRA staat voor Sun Ra Arkestra en dat trok een verwoestend spoor door muziekpodium Paradox en tijdens het openlucht slotconcert door de Muzentuin,  hartje stad.



Het Sun Ra Arkestra met bandleider Marshall Allen (m) trad tijdens festival ZXZW zes dagen op in Tilburg

Het Sun Ra Arkestra, de nalatenschap van de in 1993 overleden jazzmysticus Sun Ra, telt in zijn gevolg nog bandleden die vanaf de jaren vijftig met Sun Ra optrokken. Gelukkig maar, want het valt te vrezen dat wanneer deze oude generatie wegvalt, het unieke stigma dat het Sun Ra Arkestra in stand houdt, nog zal voortleven. Dit orkest beschikt over de ongelooflijke gave om alles wat de geschiedenis van de Afro-Amerikaanse muziek heeft voortgebracht, te incorporeren. Niet alleen in het totaalconcept, ook indien nodig in slechts één enkel nummer.

Het Sun Ra Arkestra liet in zes concerten in Tilburg – als onderdeel van het ZXZW-festival voor onafhankelijke cultuur - zien dat op het enorme vakmanschap dat het in zich bergt, onder alle omstandigheden een beroep kan worden gedaan. Dat leidt niet altijd tot hoogtepunten – het slotconcert in de Muzentuin rammelde (door vermoeidheid?) aan vele kanten – maar sloten drank (konjèk man, konjèk) tijdens de Grande Finale, zaterdagavond in een volgestouwd Paradox, versterkten alleen maar de accenten, de fantasie en de trefzekerheid van dit aan de kosmos onttrokken zootje topmusici.

Sinds Sun Ra naar diezelfde kosmos is teruggekeerd, is het de taak van de 84-jarige bandleider Marshall Allen om de intergalactische boodschap van de man die zijn musici geluidswetenschappers noemde, aan den volke door te geven. Allen doet dat op geheel eigen wijze. Op donderdag foeterde hij diverse malen over foutjes die zijn bandleden zouden hebben gemaakt. Foutjes? Die zijn er geen bij het Arkestra. Want leken en niet-erg-ingewijden die bij de kakofonie van de veertien musici zouden durven zeggen: dat kan mijn kind van vijf jaar ook, werden enkele seconden nadien pijnlijk op hun misvatting gewezen door zulke strakke collectieven, dat je mond er wagenwijd van open valt.

Hinkstap springend werd de jazzhistorie afgewerkt. James Moody, wie kent die tenorsaxofonist en fluitist nu nog? Marshall Allen schonk er aandacht aan, evenals aan Henri Mancini, Robert Johnson en Paul Whiteman. Van de eerste schemerde ´Moon River´ door een compositie, van de koning van de Deltablues werd de bluesy basis geleend, die veel stukken kenmerkte en Paul Whiteman dook op in de blanke, bijna kamermuziekachtige passages van het orkest.


Het Sun Ra Arkestra met in het midden altsaxofonist KNoel Scott

En chaos, een ander kenmerk, heeft Sun Ra hoogst persoonlijk in de genen van zijn bandleden gepompt. Krankzinnig scheurende saxofoons, loopse trompetten, hemelbestormend slagwerk en percussie, een welhaast instortende piano, het was een authentieke weergave van de hoogtijdagen van de free jazz. Even maar, want abrupt ging de muziek over naar de beste momenten van Duke Ellington, met haar indringende melodievoering, superstrak samenspel en onvergelijkbare swing.

De zaterdagavond, de Grande Finale zoals het Sun Ra Arkestra het zelf noemde, stond in het teken van standards. Een aantal van Marshall Allen zelf en helaas maar twee van Sun Ra. Die twee waren toppers en staken uit boven al het andere. Maar er was ook ´I´m Alone With You´ van Jimmie Lunceford, met lui slagwerk en een Allen-arrangement dat helemaal was toegespitst op de blazers. En ´Hocus Pocus´ van Fletcher Henderson, stuwend en swingend. En de ballad ´Frisco´, wonderschoon geblazen door de altsax van Marshall Allen met alleen maar de ritmesectie als ondersteuning. En´Way Down Yonder in New Orleans´ van Louis Armstrong, in de jaren zestig bekend geworden door de rock´roll-sterren Freddy Cannon en Tommy Steele, maar door het Sun Ra Arkestra naar New Orleans-stijl teruggevoerd, met krakende zang van de bandleden.

Tot slot, het begin van dit verslag haalde de oude bandleden aan als Marshall Allen, tweede man altsaxofonist KNoel Scott, de tenorsaxofonisten Charles Davis en Yah-Yah Abdul-Majid, baritonsaxofonist/fluitist Danny Thompson en contrabassist Juini Booth. Zij zijn de schatbewaarders van het erfgoed van Sun Ra. Misschien dat de jongere bandleden als de fabuleuze pianist Farid Barron en de retestrakke slagwerker Wayne Anthony Smith jr. de traditie ooit voortzetten. Want tijdens de Tilburgse concerten werd duidelijk, dat het Sun Ra Arkestra nog altijd groeit. Het waren vooral voornoemde jongeren die nieuwere ideeën in deze legendarische muziek wisten te verweven.

Sun Ra zelf zal er vanuit zijn intergalactisch ruimteschip tevreden op neer zien.


© Jazzenzo 2010