Artikel geprint vanaf Jazzenzo.nl

Snarky Puppy en Metropole Orkest fenomenaal geheel

CONCERTRECENSIE. Snarky Puppy & Metropole Orkest, Rotterdamse Schouwburg, 1 mei
beeld: Joke Schot
door: David Cohen

Nog vóór de vierenzestig muzikanten van het Metropole Orkest en de New Yorkse fusionformatie Snarky Puppy het podium hadden betreden, werd de Rotterdamse Schouwburg al gevuld door enthousiast gejoel en gefluit. Aangezien de musici de dag tevoren al een spectaculair concert hadden verzorgd, waren de verwachtingen hooggespannen. De avond zou in het teken staan van ‘Sylva’, een album dat een jaar geleden door beide collectieven was opgenomen in Dordrecht en tijdens dit concert voor het eerst live werd vertolkt.

  
Snarky Puppy en Metropole Orkest vierden een weergaloos feest in Rotterdam. 

Bij de meeste stukken waren het de strijkers die meeslepend begonnen. Breed opgebouwde intro’s mondden langzaam uit in door de gitaristen van Snarky Puppy ingezette funkgrooves, waarin de synthesizers een leidende rol kregen toebedeeld. De composities, allemaal van de hand van basgitarist, gastheer en bandleider Michael League, kenden spannende doorwerkingen, waarbij goed gebruik werd gemaakt van het rijk blazersarsenaal dat de componist ter beschikking stond.

Sylva
Nu eens weerklonken klassieke melodieën, dan speelden de musici weer sterkere, meer ritmisch georiënteerde stukken, waarbij de ritmesectie van Snarky Puppy garant stond voor een messcherpe groove. De vele afwisseling correspondeerde met het thema van de nieuwe cd ‘Sylva’ (Latijn voor ‘bos’) die de luisteraar meeneemt door de verschillende sferen van het woud – mysterie, eenzaamheid, gevangenschap en dwaling, maar ook rust, herstel en nieuwe energie.

  
De feestende fusionband Snarky Puppy naast het onneembaar bastiljon van het Metropole Orkest.

Dat Snarky Puppy na het openingsstuk vooral zin had om energieke nummers ten gehore te brengen, had bij het tweede nummer zijn weerslag op de algehele atmosfeer, die er tamelijk onrustig van werd. Wat ook niet hielp was dat het totaalgeluid van de 64 bandleden erg hard was en daardoor wat weinig ruimte liet voor nuances, en dat de basgitaar van bandleider en eloquent gastheer Michael League niet goed werd uitversterkt.

Uitgekiend
Beide omstandigheden mochten echter kleine vlekjes heten bij het concert dat inderdaad spectaculair bleek. De setlijst bezat een uitgekiende spanningsboog en was daarbij goed afgestemd op de kwaliteiten van individuele solisten. Pianist Bill Laurance bracht de zaal tot tweemaal toe met een romantische outro in vervoering, trompettist/toetsenist Justin Stanton gaf een fenomenale solo ten beste bij ‘Lingus’ en de ijzersterke ritmesectie van drummer Robert Searight en percussionist Nate Werth toonde zichzelf van haar beste kant bij een solo op de toegift ‘Shofukan’.

  
Metropole Orkest onder leiding van Jules Buckley en Snarky Puppy met bandleider en basgitarist Michael Leage.

Lof ging ook uit naar dirigent Jules Buckley, wiens leiding over het grote ensemble herhaaldelijk door Michael League werd geprezen. Met schijnbare nonchalance gaf hij nu eens aanwijzingen en legde hij dan weer de ontwikkeling van de snelle, monumentale muziek in de handen van haar uitvoerders. Dat die deze verantwoordelijkheid zonder problemen aankonden, bewezen vooral de twee laatste stukken: ‘Lingus’ werd in het grote orkestarrangement nog spectaculairder en de toegift, ‘Shofukan’ (beide van het album ‘We Like It Here’), zette de hele Rotterdamse Schouwburg aan tot het meezingen van de aanstekelijke melodie.

De vierenzestig musici werden bedankt met een daverend applaus. Om te zien bleef het een wonderlijk contrast: aan de ene kant de dansende, feestende fusionband als een ware groove armada, en aan de andere kant het Metropole Orkest als een weliswaar ietsje stijver, maar niettemin onontkoombaar bastiljon. Wie zijn oren echter de kost gaf hoorde dat het vele noeste componeren, arrangeren en repeteren verre van voor niets geweest was, want in de Rotterdamse Schouwburg versmolten Snarky Puppy en het Metropole Orkest inderdaad tot één fenomenaal geheel.


© Jazzenzo 2010