Artikel geprint vanaf Jazzenzo.nl

Craig Taborn: pianotrio met intrigerende collagestructuur

CONCERTRECENSIE: Craig Taborn Trio, AINSI Maastricht, 9 oktober 2014
door: Mathilde Löffler 










Craig Taborn op archiefbeeld.

Foto© Thomas Huisman.

In de intieme zaal van het hip gerenoveerde voormalige industrieel complex AINSI Maastricht had het Craig Taborn Trio een perfecte ambiance met goede akoestiek en een verzorgd ruige uitstraling.Een bevlogen organisatie had dit trio van wereldformaat weten te strikken. Een bijzondere luxe om de Amerikaanse formatie in een intieme sfeer voor een publiek van circa vijftig toeschouwers te kunnen zien.

De muzikanten beperkten het concert tot een lange set met een korte toegift. Gezien het feit dat de band de avond ervoor in het BIMhuis had gestaan met de zinderende sfeer van een echte 'hotspot' een begrijpelijke keus, maar jammer als je een volwaardig intens concert had verwacht. Zo kreeg het optreden meer het karakter van een 'tussendoortje', een concert om het tourschema te kunnen vullen, dat plichtmatig werd afgewerkt.

Spannendst
Craig Taborn wordt tot de spannendste pianisten in de internationale jazzscene van dit moment gerekend. Lange tijd was hij vooral een zeer gewaardeerde begeleider van vele jazzgrootheden, onder wie Dave Douglas, James Carter, Roscoe Mitchell en de recente formatie 'Prism' van Dave Holland. Met Thomas Morgan op contrabas en Gerald Cleaver op drums vormt hij al acht jaar een hecht trio. 

De fascinerende muziek van het trio had in Maastricht een veel groter podium en een gretig en groot publiek verdiend. Het gedegen samenspel van de musici leek soms haast op telepathie. De steeds verder evoluerende stukken die soms vanuit het niets steeds verder worden opgebouwd hebben iets bezwerends, iets van magie. Van een ritueel dat speelt met tijd en ruimte en dat in de afwisseling van drukte en rust, virtuositeit en bedrieglijke eenvoud, hardheid en zachtheid nieuwe dimensies creëert, waarbij spontaniteit en toeval zorgen voor constante verrassing en vervoering. 

Losse lijnen worden bovenop elkaar gelegd tot muzikale sculpturen, drums, bas en piano richten samen schitterende bouwwerken op, herhalen deze op hypnotiserende wijze, spelen ermee, gaan gelijk op, laten elkaar los, zoeken polyritmische verschuivingen en spannende klankkleuren.

  
Craig Taborn, Thomas Morgan en Gerald Cleaver vorig jaar in het Bimhuis.
Foto's © Thomas Huisman.


Spookachtig speelse stukken wisselen elkaar af met pakkende riffs, sprankelende virtuositeit volgt op eenvoudige melodieën vol ontroering, diepzinnige, verleidelijke bezonken passages worden opgevolgd door klaterende stroomversnellingen van polyfone constructies.

Dienend
De piano soleert, maar bas en drums hebben nooit een dienende rol zoals in traditionele jazztrio's. Zij participeren volwaardig binnen het totale muzikale klankbeeld. Deze gelijkwaardige, synchrone solistische inbreng met onderlinge uitwisseling staat in de traditie van het vroege trio van Bill Evans met Scott LaFaro en Paul Motian. De muzikanten zijn zo ongelooflijk op elkaar ingespeeld dat het voelt alsof je luistert naar een groot geheel, dat de personen van de individuele musici verre overstijgt. 

De traditionele muzikale structuur van een gecomponeerd thema, gevolgd door afwisselende improvisaties wordt door het trio gedeconstrueerd tot een collage van synchroon vertelde melodielijnen die zich spontaan tot elkaar verhouden. Hier wordt een nieuw muzikaal idioom ontwikkeld met de elementen evolutie, openheid en sensitieve spanning zoals een verhaal vol afwisselende, steeds opnieuw boeiende hoofdstukken.

Het geheel lijkt soms op minimal-music, soms op hedendaagse gecomponeerde muziek. In de pulserende herhalingen zijn ook elementen van Craig Taborns ervaring in dark ambient en technomuziek duidelijk aanwezig. Het blijft onvervalste jazz, die tot de uiterste grenzen wordt opgerekt en die op zen-achtige wijze speelt met toeval, tijd en ruimte.

In de piano-improvisaties wordt veel gebruik gemaakt van ostinato's, waarbij de rechter- en de linkerhand volledig hun eigen gang gaan. Maar er komen ook fragmenten voorbij die refereren aan de traditie, zoals block chords van George Shearing, big-bandachtige accenten en bluesy kwinkslagen.  

Prominent
Thomas Morgan brengt schitterende ideeën in. De contrabas heeft vaak een prominente rol in de thema's, voordat hecht vervlochten met de kronkels van de piano, het weefsel van de klanken verder wordt uitgesponnen. Gerald  Cleaver op drums is zeer alert. Hij vult aan, ondersteunt, plaatst accenten, biedt polyritmische constructies aan, kleurt verfijnd het groepsgeluid, stuwt de spanning en laat rustmomenten vallen.

Tijdens dit concert met een beleefd, welwillend, maar niet overenthousiast publiek ontstond net niet de synergie van tijd en plaats die het geheel naar een sprankelend, magisch optreden kon tillen. 

Het is te hopen dat de organisatie ook in de toekomst dit soort bijzondere hedendaagse projecten wil presenteren en dat hiervoor dan wel een breed enthousiast publiek is te vinden. 


© Jazzenzo 2010