Artikel geprint vanaf Jazzenzo.nl

Onbegrip

COLUMN
door: Tim Sprangers












Welke jazzmuzikant ik ook ontmoette de afgelopen maanden, zonder uitzondering landde het gesprek op den duur op het thema onbegrip. De wanhopige betogen relateerden aan uitspraken van het kabinet betreffende kunst. Bezoekersaantallen bepalen wat goede kunst is, volgens staatssecretaris Halbe Zijlstra. Als er veel mensen komen kijken is het goed. Kwantiteit is kwaliteit.

Dat er eens in de zoveel tijd aan subsidies wordt gemorreld, of de verdeling onder de loep wordt gehouden, is niet meer dan logisch. Echt storend is de respectloze visie vanuit de Tweede Kamer op de kunstenaar. Zijn geïsoleerde blik staat buiten het blikveld van de kunst. In plaats van te redeneren vanuit de kunstenaar, staat de Haagse visie mijlenver van de kunstenaar. Geen wonder dat de muzikant zich onbegrepen voelt. Onbegrip als gevolg van onbegrip.

Tijd om hen het woord te geven. Onderstaand enkele fragmenten uit gesprekken met Nederlandse jazzmuzikanten, die overigens consequent gepaard gingen met stemverheffingen en vuisten op tafel.

Ernst Reijseger
Richt zich niet op de regering, maar constateert zelfs een gebrek aan begrip in de maatschappij

‘Ik zit nog steeds in de trein en dan hoor ik dat prachtige misverstand. Er zit een hele aardige, goedbedoelde dame tegenover me en ze ziet me met mijn instrument. “Oh, doet u dat voor uw beroep? Goh, wat is het toch fijn dat u van uw hobby uw beroep hebt kunnen maken…” In plaats van dat je een maatschappelijke functie vervult, net als de bakker zijn brood bakt, is dat de gedachtegang.
(…) In dat stadium verkeren we en worden we ook weer teruggeplaatst als musici. Door het feit dat niemand er meer verstand van heeft. Ik speel heel veel voor kinderen, ook wel uit motivatie, omdat ze die instrumenten niet eens meer van dichtbij kennen. Ze horen alles uit de speaker en volledig uitgeproduceerd.’

Cor Fuhler
Over de essentie van kunst en improviseren

‘Improviseren is zo essentieel, dat moeten we altijd blijven doen. Als dat er niet meer is, is dat zo’n verarming. Dat er mensen komen is geen bewijs van of het belangrijk of onbelangrijk is.
(…) Ik vergelijk het wel eens met een hok waarin je een mens plaatst met alleen maar zuurstof. Die persoon stopt met ademen, je hebt namelijk CO2 nodig om de ademhaling te reguleren. In deze maatschappij denken ze niet aan dat kleine elementje, dat mag wel weg. Zuurstof, geld, daar draait het om. Maar er is iets anders wat heel belangrijk is, dat zijn de kunsten. Als een maatschappij dat weg doet, dan stopt het met ademen, dan stopt de beschaving. Die gaat aan bloedarmoede ten onder. Dat vind ik met improviseren ook, dat is de meest natuurlijke manier om muziek te maken. Je begint niet met lezen voordat je praat.’

David Kweksilber
Toont zijn walging ten opzichte van Den Haag en spreekt over verbeelding als voorrecht van de mens

‘Het zint me helemaal niks hoe er wordt gepraat vanuit Den Haag over links hobbyisme en elitaire toestanden. De politici, dat is elite. Maar sinds wanneer is muziek elitair? Het eerste wat de mens deed is op een fluitje blazen en in zijn handen klappen. Dus waar ze dat gotspe vandaan halen, dat snap ik niet. En dat alles makkelijk hoeft te zijn, nou dat weten we toch ook al lang als je een beetje nadenkend mens bent dat de wereld daar niet van vooruit is gekomen. Dus wat de massa heel makkelijk tot zich neemt, dat is niet perse het enige wat van waarde is. Ze mogen best een beetje trots zijn op waardevolle, onderzoekende en creatieve geesten in de samenleving. Nederland heeft al decennialang een reputatie op het gebied van verschillende muzikale vlakken en het is echt van een geestelijke armoede hoe er nu over wordt gesproken. Helaas komt het heel populistisch over als de linkse elite wegzetten, terwijl verbeelding niet aan linkse mensen, laat staan hobbyisten is voorbehouden.

Verbeelding is het voorrecht van elk mens. Dat is wat we kunnen in het leven. Het leven is vol verwondering en schoonheid. Wat moeten we in godsnaam als we daar niet over kunnen nadenken en op onze manier daar mee bezig zijn? De Joint Strike Fighter, ik weet niet hoe belangrijk die is, als die belangrijk is, oké jongens, maar verwondering en verbeelding is ook heel erg des mens. Alsjeblieft zeg, wat een armoe.’


© Jazzenzo 2010