Electric Miles Project geeft werk van Davis nieuw geluid
Festival Scheldejazz Terneuzen, Electric Miles Project, 17 mei 2008
beeld: Eddy Westveer
door: Mischa Beckers
Scheldejazz in Terneuzen is één van de oudste jazzfestivals van Nederland. Donderdag 15 mei verzorgde Monty Alexander in Porgy en Bess de aftrap van Scheldejazz 2008. De volgende drie dagen speelde een keur aan nationale en internationale artiesten op diverse podia in de stad. Traditionele 'oude stijl' jazz en moderne varianten vormden natuurlijk de hoofdmoot maar ook aanverwante stijlen kwamen aan bod bij onder andere Eelco Gelling, de Juke Joints, Estrella Acosta y Esquina 25 en Ronald Snijders Extended Funk Band. Zaterdagavond speelde Arno Krijger op het Arsenaalpodium een thuiswedstrijd - hij komt van oorsprong uit Terneuzen - met zijn Electric Miles Project.
Op Scheldejazz Terneuzen stond Electric Miles Project geprogrammeerd met onder meer hammondorganist Arno Krijger, trompettist Peer Baierlein en slagwerker Koen Mertens
Naar eigen zeggen speelt dit in 2002 opgerichte kwintet een hedendaagse interpretatie van een door Miles Davis tot leven gewekte kruisbestuiving tussen jazz, funk en pop. Het was de bedoeling als tijdelijk 'project' slechts enkele concerten te spelen. Door het grote succes van de concerten en talrijke aanmoedigingen besloten de muzikanten als vaste formatie verder te werken.
Het repertoire omvat muziek die Miles Davis opnam tijdens zijn 'come-back' periode in de jaren tachtig. Het Electric Miles Project kiest in tegenstelling tot de originele Miles Davis opnames voor een warme en meer organische klank. Krijger: "De opnamen van Miles stammen uit de jaren 80. Het geluid van die tijd wordt voornamelijk bepaald door synthesizers met hun specifieke klankbeeld en ook door popachtige drumgeluiden. Het geluid van het hammondorgel in ons geval en voor de rest akoestische instrumenten, enkele effecten voor de trompet en de gitaar daargelaten, zorgt voor een eigen sound". Het weer in Terneuzen was guur en koud dus hoe zat het met die warme en organische klank?
De band etaleerde in openingsnummer Splatch deze klank uitgebreid. Drummer Koen Mertens en bassist Udo Pannekeet, die vaste bassist Steven van Loy verving, zorgden voor een erg stevig fundament. Dries Verhulst op gitaar, trompettist Peer Baierlein en Krijger zelf op Hammond namen uitgebreid de tijd om te improviseren. Zoals ook in de latere nummers soleerde Verhulst veelal vanuit een blues- en rockgevoel. Krijger ging wat meer outside en opereerde voornamelijk met de rechterhand op topsnelheid. Baierlein vermeed een Miles Davis imitatie - al roept het spelen met een demper als snel associaties met de meester op. Hij soleerde beheerst maar later in bijvoorbeeld Jilli voerde hij het tempo op en werkte naar fel uitgehaalde climaxen.
De meeste nummers kregen een erg groovy begeleiding. Mertens hield het bij recht-toe-recht-aan vierkwarten, Verhulst ondersteunde vaak met een lekker kwakende wahwah-gitaar en Krijger plaatste minieme en geaccentueerde akkoorden. Een typisch kenmerk van dit meer funky idioom, de break (op de tel of gesyncopeerd), paste dit kwintet dan ook veelvuldig en enorm strak toe. Tutu echter, kreeg een hoger tempo dan het origineel en verloor daarmee ondanks de swingende uitvoering aan kracht.
Het is nogal wat om (dit) Miles Davis repertoire te gaan spelen. Onherroepelijk komen associaties naar boven met de dominant aanwezige bandleider, de spanning die hij kon opbouwen en bijvoorbeeld de uiterst herkenbare sounds - niet alleen van Davis zelf maar ook van zijn begeleiders zoals Marcus Miller of John Scofield. De eigentijdse interpretatie van het Electric Miles Project zit dus vooral in de aangewende groove en eenmaal gewend aan het geluid van een Hammondorgel bij de overbekende nummers komt de luisteraar snel los van genoemde associaties. In Terneuzen werkte het weer niet mee, bleef dus het bezoekersaantal achter en ontstond niet de sfeer die dit kwintet met deze interpretatie zoekt en verdient.