Het herkenbare geluid van 'Henry Threadgill muziek'
2 CD-RECENSIES
Henry Threadgill & Make a move - Everybody’s mouth’s a hook
bezetting: Henry Threadgill; altsax, fluit, Bryan Carrott; vibrafoon, Marimba, Brandon Ross; elektrische en akoestische gitaar, Stomu Takeishi; elektrische en akoestische bas, Dafnis Prieto; trap drums
opgenomen: 25-27 februari 2001
release: 2001 / 2009
label: Pi Recordings
tracks: 8
tijd: 50:33
wikipedia: Henry Threadgill / www.pirecordings.com
door: Mischa Andriessen
Twee kort na elkaar opgenomen cd’s die nu opnieuw zijn uitgebracht. Zoals dichter Fernando Pessoa voor elke afwijkende stijl waarin hij schreef een ander alter ego verzon, zo vertaalt Henry Threadgill zijn uiteenlopende muzikale ideeën telkens naar een specifiek project; zijn Very Very Circus klinkt anders dan Make A Move en Make A Move weer anders dan Zooid. Meer dan die verschillen, vallen echter de overeenkomsten op. Threadgill heeft als saxofonist en als componist een onmiddellijk herkenbaar eigen geluid. Hij heeft bovendien heel consequente opvattingen over klankkleur, met een prominente rol voor de gitaar en het uitgewerkte contrast tussen hoog en laag.
‘Everybody’s mouth’s a hook’ is een dromerige, bijna surrealistische plaat. Waarin de muziek door de steeds verschuivende ritmes bijna lijkt te wankelen. Het is muziek die enerzijds desoriënteert en anderzijds kalm en geruststellend klinkt. De combinatie van fluit en vibrafoon zorgt voor een klankkleur die zeker niet iedereen zijn pakkie aan zal zijn, maar de constante puls van de ingehouden, maar hallucinatoire funkgrooves van Takeishi en Prieto is bijzonder dwingend. Over die even swingende als ontregelende basis spelen Threadgill en Ross een aantal vuige solo’s die het verwijt dat Threadgills muziek te cerebraal zou zijn, hier meteen van tafel vegen.
Henry Threadgill’s Zooid - Up popped the two lips
bezetting: Henry Threadgill; altsax, fluit, Liberty Ellman; akoestische gitaar, Tarik Benbrahim; oud, Jose Davila; tuba, Dana Leong; cello, Dafnis Prieto; drums
opgenomen: 28-30 april 2001
release: 2001 / 2009
label: Pi Recordings
tracks: 7
tijd: 45:30
website: www.pirecordings.com
'Up popped the two lips’ is opgenomen met een extravagante bezetting; tuba en cello in plaats van een bas en de wonderlijke combinatie van gitaar en oud. Opnieuw is Prieto’s bijdrage van een prangende schoonheid. Davila’s ritme-opvatting is luchtiger dan die van Takeishi, waardoor ‘Zooid’ ruimtelijker klinkt dan ‘Make A Move.’ Die laatste groep is in klankkleur rijker en lukt het vaker om aan het keurslijf van complexe ritmiek en harmonieën te ontsnappen. Beide zijn sowieso weer overtuigende proeves van Threadgills uitzonderlijke stijl en talent. Op eerdere platen wilde hij nog wel eens een blijmoedig, calypsoachtig nummer inzetten, maar nu houdt hij het ernstig waardoor de muziek steeds meer opschuift naar hedendaags klassiek, maar hoe dan ook blijft er maar een noemer voor: Henry Threadgill muziek.