John Coltrane – Offering (Live at Temple University)
CD-RECENSIEJohn Coltrane – Offering (Live at Temple University)
bezetting: John Coltrane sopraan- en tenorsaxofoon, fluit en zang; Pharoah Sanders tenorsaxofoon en piccolo; Alice Coltrane piano; Sonny Johnson contrabas; Rashied Ali slagwerk. Toegevoegde musici: Steve Knoblauch en Arnold Joyner altsaxofoon; Umar Ali, Robert Kenyatta en Charles Brown conga; Angie DeWitt batadrum
opgenomen: 11
november 1966 in Mitten Hall, Temple University, Philadelphia (VS)
uitgebracht: 2014
label: Verve Music
aantal stukken: 5
tijdsduur: 1.31,54
website: www.vervemusicgroup.com - www.TheColtraneHome.com
door: Rinus van der Heijden
Hij was afgelopen juli 47 jaar dood. En precies zo lang duurde het, voordat er een nieuwe cd uitkwam van John Coltrane: ‘Offering – Live at Temple University’. Een dubbelalbum even wonderlijk als het opduiken van nieuw muzikaal materiaal. Ruim anderhalf uur word je de wereld van de reus John Coltrane ingetrokken, die hier even overweldigend klinkt als op sommige van de laatste platen die hij maakte: ‘Ohm’, ‘Meditations’ en ‘Expression’. Met andere woorden: bombardementen van vrije improvisatie, een volstrekt afwijkende behandeling van de tenor- en sopraansaxofoon en een onpeilbare fantasie om in en rond een muzikaal thema te kronkelen.
Van het concert dat John Coltrane en zijn kwartet op 11 november 1966 brachten in het auditorium van Temple University in Philadelphia, waren al lange tijd bootleg-opnamen in omloop. Die betroffen dan delen van het concert; het complete optreden was tot nu toe nooit op langspeelplaat of cd vastgelegd. Nu is dat wel gebeurd: Universal Music beschikte over de moederbanden. Waarom die nooit eerder zijn uitgebracht, is een raadsel.
Verve Music heeft een fantastisch document aan het oeuvre van John Coltrane toegevoegd. ‘Offering’ is een plaat die zijn weerga nauwelijks kent. Bovendien wijkt het concert volledig af van wat Coltrane eerder op plaat vastlegde. Tijdens het anderhalf uur durende optreden klom bijvoorbeeld de jeugdige (en onbekende) altsaxofonist Arnold Joyner op het podium. Toen suppoosten hem wilden verwijderen, zei Coltrane: ‘Laat hem maar’. Waarop Joyner lustig zijn partij meeblies.
Een verdere bijzonderheid is het feit dat je Coltrane driemaal hoort zingen. Hij doet dat niet in de zuivere betekenis van het woord, maar hij verhevigt zijn saxofoonspel door als in trance er stemklanken aan toe te voegen. Bovendien hoor je om dezelfde reden dat hij zich keihard op de borst roffelt. Dit alles om zijn spirituele kant dáár te benadrukken, waar zijn saxofoons dat niet meer konden.
Tijdens het concert deelde Coltrane de zaal mee, dat wat hij die avond deed, niet viel te rangschikken onder de noemer ‘jazzconcert’. Hij zag het optreden als een spirituele gebeurtenis, die hij onder meer benutte om zijn geestelijke wereld verder aan te scherpen. Het concert in Philadelphia speelde zich immers af toen hij nog geen jaar meer te leven had. Het was de periode dat hij zich zowel geestelijk als fysiek bezig hield met oosterse filosofieën en muziek uit vooral India.
‘Offering – Live at Temple University’ opent met ‘Naima’, een ballade die Coltrane in 1959 schreef. Hier, op deze opname, laat Trane van het originele materiaal weinig over. In helse vaart scheurt hij door de originele opeenstapeling van rijke akkoorden: schreeuwend op zijn tenorsaxofoon, noten in clusters uitspuwend, jakkerend langs hoge en lage registers, trekt hij het thema al na twee minuten naar zich toe. Je adem stokt hier voor de eerste keer en dat zal zich verderop nog talloze malen herhalen.
Het tweede stuk dat wordt verklankt is ‘Crescent’, in feite ook een braaf stuk, dat in 1964 werd opgenomen. Let wel, in hetzelfde jaar dat Coltrane’s magnum opus ‘A Love Supreme’ op plaat werd gedocumenteerd. Coltrane opent het stuk, manoeuvrerend tussen modale jazz en de dan al sterk opgekomen free jazz. Even later neemt Pharoah Sanders grommend en borrelend over. Verderop trekt Alice Coltrane een ruim vier minuten durende pianosolo naar zich toe, waarachter een gordijn van percussieklanken de heftigheid van deze uitvoering verder benadrukt.
De overige stukken op deze dubbelaar zijn ‘Leo’, ‘Offering’ en ‘My Favorite Things’. ‘Offering’ duurt maar kort, net vier minuten. De rest van het concertrepertoire bestaat uit langgerekte composities, nodig om de onstuitbare speeldrang van met name Coltrane, maar ook zijn medebandleden, de vrije baan te laten.
Het concert speelde zich in november 1966 af in de Mitten Hall van de Temple Universiteit, zeg maar het auditorium. Het bood plaats aan 1800 personen, maar deze avond waren er maar zevenhonderd plaatsen bezet. De universiteitskrant meldde korte tijd later, dat de organisatoren er voor duizend dollar waren ingestonken. In deze tijden onbegrijpelijke cijfers en wellicht toen ook, want John Coltrane vertoefde in de laatste jaren van zijn leven op de toppen van zijn roem.
‘Offering – Live at Temple University’ is uitgebracht in een omhulsel dat exact aansluit bij zijn beroemde Impulse!-opnamen; een hoes in voornamelijk wit-zwart-oranje-bruine kleuren. Het cd-boekje bevat maar liefst 24 pagina’s, met enkele prachtige zwart-wit concertfoto’s, maar vooral veel informatie. Er worden nieuwe zaken onthuld, de muziek wordt raak geanalyseerd, er zijn getuigenissen van mensen die het concert toendertijd bijwoonden. Dit alles maakt dat ‘Offering – Live at Temple University’ voor iedere Coltraneliefhebber een absoluut noodzakelijke aanvulling is op zijn Traneverzameling.
Maar die buitenkant, die zo met liefde en zorg is samengesteld, valt weg tegen de inhoud waar het werkelijk om gaat: de live-registratie van dit bijzondere concert. Deze muziek is uniek, tijdloos en zoals eerder aangestipt: adembenemend. De Trane-liefhebber heeft 47 jaar de tijd gehad om diens platenoeuvre tot in de eeuwigheid tot zich te nemen. Deze ‘Offering’ heeft minder tijd nodig, maar zal even diepe, nooit meer verdwijnende indrukken nalaten.
John Coltrane Live at Temple University, 1966 - Crescent (Part 1)
John Coltrane Quartet - My Favorite Things, België, 1965
John Coltrane sopraansaxofoon, McCoy Tyner piano, Jimmy Garrison contrabas, Elvin Jones slagwerk.