David Gilmore Trio: de kunst om de hemel te bestormen
CONCERTRECENSIE. David Gilmore's Art of Ascension Trio, Paradox Tilburg, 15 november 2013
beeld: Gemma Kessels
door: Rinus van der Heijden
Een overdonderend begin en indrukwekkende slotakkoorden. Daartussenin bewoog zich het concert dat David Gilmore gaf met zijn Art of Ascension Trio. Veel verworvenheden die Gilmore plukte uit de (hard)rockgeschiedenis en zeker ook uit die van de jazzgitaarreuzen joeg de gitarist over het podium van Paradox. Tussen begin en einde van het concert echter, wist het trio niet altijd te boeien.
Het concert van David Gilmore's Art of Ascension Trio in Paradox was het enige in Nederland.
Binnen de vorm die David Gilmore zijn muziek meegeeft, loopt hij grote kans tot macho te worden betiteld. Snelheid, een hoge mate van technisch kunnen en toepassen van velerlei gitaarclichés zouden zijn concept kunnen kenmerken. Maar de gitarist weet zich daar keurig aan te ontworstelen. De eerste twee elementen schuilen wel in zijn spel, maar het derde wordt vervangen door een ver doorontwikkelde gave van improviseren. En dát tilde het concert van het Art of Ascension Trio naar een interessant niveau.
Achteloos
David Gilmore begon zijn concert zomaar, schijnbaar achteloos. Enkele noten hier, enkele daar, waren het begin van een bedachtzaam intro. Maar toen brak de beer los: in een kolossale notenstorm legde de Amerikaan zijn technisch spectrum voor een gedeelte bloot. En grepen zijn medemuzikanten Matt Garrison op basgitaar en Gene Lake op slagwerk de kans aan te laten horen, dat zij niet zomaar deel uitmaken van dit bijzondere trio.
Het concert van het Art of Ascension Trio was het enige in Nederland. De drie zijn aan een jachtige tournee bezig - een dag later speelden zij in Zagreb. David Gilmore zei blij te zijn weer in Paradox te staan, nu voor de eerste maal als bandleider. Alle composities die zouden worden gespeeld, waren nieuw in die zin dat het veelal oude stukken waren die nauwelijks ooit werden gespeeld en nog nooit waren opgenomen. Het concert in Tilburg was in elk geval een vingeroefening voor een nieuwe cd, die in het voorjaar van 2014 uitkomt. Dat maakte ook, dat de drie nogal eens van papier af speelden.
David Gilmore, basgitarist Matt Garrison en drummer Gene Lake.
Maar niet dus tijdens de improvisaties, die ze alle drie als krenten door de pap mengden. En waarmee ze toonden dat ze geen duimbreed toegaven aan elkaar. Basgitarist Garrison bespeelt zijn instrument als staat hij zijn tuin te besproeien. Het was echter vooral slagwerker Gene Lake die zich ontpopte tot een regelrechte sensatie. Hij deed - of je het wilde of niet - denken aan Billy Cobham's Glass Menagerie, waarmee deze slagwerker begin jaren tachtig grootse triomfen vierde. Mét het postuur van Cobham sloeg ook Lake een deel van de slagwerkgeschiedenis in flarden. Kracht, snelheid, virtuositeit en een niet aflatende fantasie volgden elkaar in bliksemtempo op. En zelden was een drummer te beluisteren, die beschikte over zo'n indrukwekkend roffelarsenaal als Gene Lake. Uitermate sterk was hij voorts in zich herhalende slagwerkpatronen, waarvan hij op elk deel ging improviseren. Het deed je bij tijd en wijle zuchten van verwondering.
Snel, hard en meedogenloos was nogal eens het credo. Dat was onder meer te horen in het stuk 'The Seeker', waarbij de verrassing school tegen het einde, toen de drie zich muisstil en ingetogen terug trokken. Zo kan het ook, leken ze daarbij te zeggen.
Melodiecipiers
Toch ging het niet altijd zo. Er doken ook modale stukken op, waarin het leek dat de drie melodiecipiers waren. Waarin zij zich nauwelijks of niet onderscheidden van de horde gitaristen, die vooral op hun technisch kunnen willen vertrouwen. David Gilmore begon dan vaak met étude-achtige intro's, die de indruk wekten dat hij toonladders aan het studeren was. Maar gelukkig volgden er dan ook nogal eens concertdelen, waarin eenieder de ruimte kreeg of nam om individuele etalages in te richten. En die puilden, zoals eerder gezegd, uit van de muzikale lekkernijen.
Het kan geen toeval zijn dat ascension, het Engelse woord voor hemelvaart, onderdeel is van de naam van het trio. Met name David Gilmore was op zijn best, als hij naar de hemel reikte. Maar dat gold evenzeer voor de twee andere bandleden. Ware hemelbestormers, dat zijn zij.