CD-RECENSIE

Blazin’ Quartet – Jalkan Bazz
bezetting: Michael Rörby trombone; Joao Driessen tenorsaxofoon, EWI; Mihail Ivanov contrabas; Srdjan Ivanovic slagwerk, tapan, synthesizer. Gasten: Zlatko Baracskai draaitafel; Rambo Amadeus gitaar, stem, orgel en synthesizer
opgenomen: 12 en 13 november 2010 in Fattoria Musica Studio’s Osnabrück (D)
release: 2012
label: Challenge Records
tracks: 11
tijd: 46.33
website: www.blazinquartet.com - www.challengerecords.nl
door: Rinus van der Heijden


Nee, het is geen verschrijving in de titel van de plaat. Als je de beide hoofdletters omwisselt, staat er Balkan Jazz. Dat geeft aan in welke hoek het muzikale resultaat moet worden gezocht: in die van de Servische, Bosnische en Griekse volksmuziek. Dat de musici de titel van de plaat hebben verbasterd heeft wellicht te maken met het feit dat zij het musiceren niet opvatten als een doodserieuze zaak, maar er luchtig mee omgaan. Om daarmee hun creatieve stempel nog sterker te kunnen drukken.

Dat luchtige komt naar voren in het stuk ‘About Everything (It’s Complicated)’, waarin het kwartet met gasten heel goed heeft geluisterd naar Frank Zappa’s Mothers of Invention. Het viertal houdt van grapjes, dat is duidelijk. Maar kan ook uiterst serieus uit de hoek komen, getuige het concept waarvoor het koos: de eerder genoemde volksmuziek wordt gemengd met elektronica en dit alles wordt gedompeld in een vettige jazzsaus. Vet in de zin dat de jazzmatige soli schitterend klinken en zijn gevat in prachtige, soms vrije improvisaties.

Akoestische en elektronische elementen worden volstrekt naturel gemengd en keurig ingepast in het overmatig gebruik van de diverse Oosteuropese culturen. Soms hoor je de invloeden van Oosteuropese koperorkesten als de Roemeense Fanfare Ciocarlia, dan weer Griekse geluidssnippers zoals in het stuk ‘Zorba The Grieg’, waarbij de titel  voorspelt bij wie nog meer is aangeklopt.

Het Blazin’ Quartet liet de stukken grotendeels groeien tijdens de repetities in een kerk in Amsterdam. Zou het daaraan liggen dat de vier en hun gasten ook af en toe heel blijmoedig door het muzikale materiaal wandelen? Lyriek is vooral te bespeuren in de soli van trombone en tenorsaxofoon en het gebruik van de EWI (electronic wind instrument) laat de muziek fladderen in de wind. Die wind zorgt er ook voor dat de klanken van het Blazin’ Quartet nauwelijks te categoriseren zijn, omdat ze alle kanten uitwaaien. Gelukkig maar.

Blazin’ Quartet – Jalkan Bazz