Artikel geprint vanaf Jazzenzo.nl

Veel verschijningsvormen op Scheldejazzfestival

CONCERTRECENSIE. 40e editie Scheldejazzfestival Terneuzen, 1 t/m 3 juni 2012
beeld: Eddy Westveer
door: Mischa Beckers

Het Scheldejazzfestival in Terneuzen beleefde afgelopen weekeinde zijn veertigste editie. Onder het mom van minder is meer werden minder stijlen, op minder podia geprogrammeerd.


Gevestigde namen als Roy Hargrove en Roberta Gambarini deden Scheldejazz aan, maar ook jong talent zoals saxofoniste Stephanie Francke.

Met natuurlijk traditionele- en oude-stijljazz op diverse podia met The Scat Cats, DixSealand en Flying Dixies. In de grote tent op de Markt beet vrijdag de Zeeuwse Eva Auad met meer popgerelateerde eigen stukken de spits af. Daarna stookte Sven Hammond Soul het vuurtje flink op. Met een solide beat en de opzwepende voorgangers Sven Figee, Ivan Peroti en Jenny Lane kreeg het gezelschap de dansers en meezingers makkelijk op de hand.

Ook King of the World, de nieuwe groep rond gitarist Erwin Java, viel in de smaak van het Terneuzense publiek. Energieke blues– en rootsmuziek klonk er, met gierende Hammondorgelsolo’s van Govert van der Kolm, al dan niet in duel met Java. Laura Vane & The Vipertones hielden met hun jaren 60 en 70 soulstijlrepertoire de tent goed gevuld en zetten een vlotte en solide set neer.

Azure Hiptronics tapte uit een ander vaatje. Hun muziek is op zijn minst eclectisch. Aanvankelijk fusionachtig met uitgesponnen gitaar– en keyboardwerk over stevige beats, maar toen rappers Stamina en DNA zich op het podium vervoegden en meer samples en andere elektronica inbrachten, kreeg een mix van een jazzy geluid met hiphop de overhand. De exotische tint kwam van Zapatango en Jungle by Night. Die laatste is een echte festivalband en zijn op Afrobeat gestoelde set sloeg uitstekend aan.


Azure Hiptronics. Gitarist Marzio Scholten. De Zeeuwse zangeres Eva Auad.

In Porgy en Bess opende de Marzio Scholten Group het programma. De gitarist begon ingetogen, waarbij zijn melodische spel opviel. Naarmate het concert vorderde ging het energieniveau omhoog en werd de uitvoering gewaagder. Marzio Scholtens muziek kenmerkt zich door een grote gelaagdheid en klonk als bouwwerkjes, samengesteld uit eenheden met een specifiek ritmisch motief, maatsoort en tempo, plus dynamiek. Scholten combineerde steeds technische hoogstandjes en expressiviteit en vond zich daarin gesteund door zijn creatieve en alerte medemuzikanten.

Randal Corsen genoot soms minutenlang met de armen over elkaar van zijn collega’s, pikte dan elementen op uit Scholtens spel, integreerde daarin zijn eigen invallen of gooide de subtiliteit overboord in overweldigende improvisaties. Mark Schilders zat tegenover hem en greep of creëerde openingen voor veranderingen.  De jonge Zeeuwse saxofoniste Stephanie Francke, die onlangs de Erasmus Jazz Prijs won, demonstreerde zelfverzekerd haar talent. Ze zet gevoelens en situaties treffend om in muziek. ‘Fruitvliegjes’ fladderden daadwerkelijk door de zaal en indrukwekkend waren de eerbetonen aan haar moeder en vader. In ‘For you’ en ‘On y va’ koppelde ze daarbij sterke melodieën aan een krachtige, lyrische en emotionele vertolking.


Trio Bert Lochs, Daniel Herskedal, Dirk Balthaus. Benjamin Herman trad op met de New Cool Collective. Sven Hammond Soul.

Een niet alledaags gezelschap vormen trompettist Bert Lochs, pianist Dirk Balthaus en tubaspeler Daniel Herskedal. Ze staan garant voor subtiele en ingetogen luisterjazz. Lochs blies een enkele keer knetterharde tonen, maar veelal was zijn uitvoering lyrisch, zacht en incorporeerde hij gekke geluidjes in zijn spel. Grappig waren zijn uiteenzettingen voor zijn inspiratie: de wind of een heroïsche merel die hij subtiel verklankte. Herskedal begeleidde, zoals een bassist, en kleurde tegelijkertijd. En Balthaus, die tikte kleine percussieve patronen op de Fender Rhodes of op gedempte pianosnaren, improviseerde vernuftig buiten neergelegde akkoordschema’s of waaierde breed en bombastisch uit over alle registers van het klavier. Met ‘Big blue sky’ eerden ze hun grote held, Keith Jarrett.

En, ook in Porgy en Bess kon gedanst worden. New Cool Collective deed waar het bekend om is en met zijn aanstekelijke groove zette het de Terneuzense jazzclub op zijn kop.

Er konden nog een paar mensen bij, maar niet veel, toen wereldklassezangeres Roberta Gambarini bij aanvang van haar concert het publiek onmiddellijk muisstil kreeg met een bluesy stuk zonder begeleiding. Een deel van haar repertoire bracht ze met zo’n lichtheid en vanzelfsprekendheid, dat de nuances bijna onopgemerkt bleven. Dat compenseerde ze ruimschoots in de van drama vervulde stukken, zoals die van Astor Piazzolla of in ‘Lush Life’ van Billy Strayhorn.


Pianist Kirk Lightsey. Roy Hargrove. Jungle By Night.

Vervolgens was het de beurt aan Roy Hargrove. Hij startte losjes en licht en liet de eer veelal aan zijn bandleden. Met name Justin Robinson op altsaxofoon improviseerde puntig en gedreven. Pianist Sullivan Fortner leek er wat verveeld bij te zitten, maar zijn solo’s waren fris. Bijna plagerig verkende hij de grenzen van de stukken.

Jazz kent vele verschijningsvormen, zoveel was al duidelijk en een heel bijzondere was te bewonderen in PIT met Heinz Karlhausen & The Diatonics. De Portugees Goncalo Almeida op bas, de Italiaanse saxofonist Daniele Martini en de van oorsprong Zeeuwse drummer Friso Van Wijck halen hun inspiratie uit free jazz, noise en hardcoregeluiden. Jazzterrorism noemde Almeida het. Hij introduceerde een stuk veelal met samples van filmfragmenten of andere geluidsbronnen. Het trio schoot vervolgens uit de startblokken met veelal snoeiharde en superstrakke geluidsexplosies. Ware mitrailleursalvo’s timmerde Van Wijck uit zijn kit. Mooi om te zien hoe hij met soms complexe patronen zijn kompanen aanjoeg.


© Jazzenzo 2010