Antonio Sanchez viert de vrijheid
CONCERTRECENSIE. Antonio Sanchez Migration, Bimhuis Amsterdam, 9 mei 2012
beeld: Thomas Huisman
door: Jan Jasper Tamboer
"Godverdorie zeg, niet te geloven wat een vogel." Drummer John Engels maakt op zijn geheel eigen wijze duidelijk hoezeer hij genoten heeft van het optreden van collega Antonio Sanchez. Na afloop van het concert komt Engels het podium op om de drumkit van de geboren Mexicaan aan een nauwkeurige inspectie te onderwerpen. Hij vindt het allemaal indrukwekkend.
Altsaxofonist Will Vinson, pianist John Escreet en slagwerker Antonio Sanchez op het podium van het Bimhuis.
Het is een drukte van belang rond Sanchez van journalisten, collega's en publiek, die hij stuk voor stuk geduldig te woord staat. Als hij hoort dat de recensie in het Nederlands is, wil hij hem evengoed lezen.
Sinds Sanchez (Mexico City, 1971) eind jaren negentig opdook in de New Yorkse scene, is zijn ster snel rijzende. Hij speelde met Pat Metheny, met wie hij ook opnam, evenals met Chick Corea. De twee levende legendes prijzen hem in alle toonaarden. Deze zomer verschijnt ‘New Life’, het nieuwe album van Migration, het kwartet van de meesterdrummer. Daarop staan moderne standards, grotendeels in het postbopgenre. De band zal vanavond vooral werk van deze cd spelen, aangevuld met wat ouder werk.
Sanchez wijst erop, dat al zijn groepsleden hun eigen band hebben en dat het bijzonder is dat ze bij hem verenigd zijn. Dat zijn John Escreet op toetsen, Will Vinson op altsax en Matt Brewer op contrabas. Vinson speelt voor het eerst mee, slechts één repetitie ging vooraf aan het huidige optreden. Het is niet te merken, alle lijnen die worden uitgegooid worden met elkaar verbonden en alle cues worden doorgaans feilloos opgepikt. Wel wordt veel van blad gelezen, wat ook de nodige houvast geeft.
Nieuwkomer Vinson brengt persoonlijkheid en een mooie techniek mee. Zijn klank kan robuust zijn, maar ook fijnzinnig met veel nuances. Gezien zijn recente instap, beschikt hij over een groot adaptief vermogen. Als hij soleert zonder begeleiding, wordt duidelijk dat hij ook de volledige vrijheid zinvol weet te besteden. Sanchez weet het even later te waarderen middels subtiel, ritmisch begeleidend spel. Hij toont zich de ideale slagwerker, hij kan volgen en hij kan leiden, hij bezit een vrijwel onbeperkt coloriet, een indrukwekkende dyamiek en een duizelingwekkende snelheid. Vanuit het niets slaat hij je knockout om je even later over de bol te aaien. Weergaloos.
John Escreet, Matt Brewer, Will Vinson, Antonio Sanchez.
Bassist Brewer kan dat niet allemaal bijhouden, maar gelukkig weet Sanchez zich ook vaak te schikken. Meestal marcheert het koppel moeiteloos. Brewer krijgt maar liefst drie solo's, waarbij hij steeds de gehele hals van zijn instrument benut. Zijn impressies zijn in toenemende mate energiek en los, maar missen een duidelijke opbouw. Dat hebben de solo's van Escreet wel. Op vleugel en Rhodes verspreidt de New Yorker zijn repetitieve en percussieve pianomotieven over de ruimte, waarbij zijn gezichtsuitdrukking niets verraadt van de expressie in zijn spel. In gewaagde vormexperimenten schuwt hij de grote intervallen niet. De man is met recht een opkomende ster.
Het blijkt eens te meer dat jazzmuzikanten aan een enkele date genoeg hebben om elkaar te leren kennen. Zet dat eens af tegen de vele repetities die nodig zijn voor een klassiek werk opgevoerd wordt. Met de complexiteit van de materie lijkt het niets te maken te hebben. Wel met vrijheid, en die werd vanavond gevierd, daar deed de aanwezige bladmuziek niets aan af.