Mengeling oude en nieuwe jazz gaat aan publiek voorbij
CONCERTRECENSIE. JazzTown Tilburg, 013 Tilburg, 31 maart 2012
beeld: Gemma Kessels
door: Erno Elsinga
In Tilburg werd voor het tweede achtereenvolgende jaar JazzTown Tilburg gehouden. Een festival dat in de programmering beoogt liefhebbers van oude-stijljazz en moderne jazz bijeen te brengen. Met een beperkt budget werd op drie podia een avondvullend programma geboden, met als publiekstrekkers jazzzangeres Rita Reys (87), Dutch Swing College Band en saxofonist Hans Dulfer (71).
Trio Krijger met saxofonist Joris Posthumus, Rita Reys en de Tilburg Bigband tijdens de tweede editie van festival JazzTown Tilburg in 013.
In de programmering werden vooral de bewonderaars van de minder moderne jazz bediend en dat liet zich vertalen in de gemiddelde hoge leeftijd van de bezoekers. Zij waren er getuige van dat achtereenvolgens de Wooltown Jazzband en dixielandband Lamarotte - een van de oudste straatorkesten van Nederland - het festival openden, waarbij nostalgie en spelplezier hand in hand gingen.
Interessanter werd het met de Traditional Moderna Group. Een mengeling van oudestijl- en moderne musici die onder leiding van altsaxofonist Joris Posthumus volledig invulling gaf aan wat JazzTown Tilburg beoogde: oude en nieuwe jazz bijeen brengen. Posthumus had voor de gelegenheid een aantal jazzstandards opnieuw gearrangeerd, alsmede enkele stukken van Wynton Marsalis. Aanvankelijk soleerden en improviseerden de voornamelijk oude-stijlblazers met enige terughoudendheid, maar gedurende het optreden en aangejaagd door Posthumus gooiden zij alle schroom overboord en ontstonden er boeiende dialogen tussen de diverse koperinstrumenten.
Later op de avond schitterde Joris Posthumus nogmaals in Trio Krijger. Opgehitst door hammondorganist en naamgever van het trio Arno Krijger en slagwerker Pascal Vermeer, improviseerde de altsaxofonist tot ongekende hoogte. Waarbij geluid en opbouw van de solo ongemerkt de gelijkenis met Coltrane opriepen. En Posthumus in één moeite door uitgroeide tot de verrassing van het festival.
Dutch Swing Collega Band plus solist. Altsaxofonist Joris Posthumus met de Traditional Moderna Group (r).
Slechts de in minderheid vertegenwoordigde jongeren onder het festivalpubliek waren er in de kleine zaal getuige van. De ouderen hadden zich verzameld in de grote zaal, waar gelijktijdig de Dutch Swing College Band concerteerde. In vernieuwde samenstelling presenteerde dit op Chicago-jazz gestoelde ensemble op maat gesneden arrangementen met dito solo’s. Vakmanschap is meesterschap, maar braafheid voerde de boventoon.
Met eveneens traditioneel repertoire tapte de Tilburg Bigband onder leiding van Maino Remmers uit een geheel ander vaatje. In duizelingwekkende vaart werden arrangementen gestapeld en in elkaar geschoven. De vlekkeloze uitvoering en verrassende wendingen die leidden tot een opeenvolging van spanningsbogen deden denken aan de hoogtijdagen van Count Basie en diens orkesten. Bovendien had het orkest, conform de insteek van het festival, de 21-jarige vocaliste Chelsea Foreman voor een gastrol uitgenodigd. Nog studerend aan Fontys Conservatorium in Tilburg, kweet zij zich op professionele en bevlogen wijze van haar taak. Nadien sprak zij van “een geweldige ervaring”.
Ster van de avond was uiteraard Rita Reys. “Ik ben er nog hoor, ik ben niet dood”, liet de jazzdiva haar toehoorders luchtigjes weten. Ze trad op met het trio van pianist Johan Clement, met Eric Timmermans op contrabas en slagwerker Erik Kooger. Ondanks haar hoge leeftijd weet Reys nog immer te boeien. Stemvast en met jeugdige schwung dirigeerde ze het trio naar grote hoogte. Met een ongekende timing, gekoppeld aan de voor haar zo kenmerkende microfoontechniek, bracht ze enkele standards ten gehore waaronder ‘Fly me to the moon’ – vooral bekend van uitvoeringen van Frank Sinatra - en ‘The shadow of your smile’ van Johnny Mandel. Het publiek in de grote zaal van 013 beloonde de levende legende met een staande ovatie.
Rita Reys met het Johan Clement Trio. Hans Dulfer en Band. Concrete Sneaker.
De afsluitende klap op de vuurpijl kwam van Hans Dulfer en Band. De tenorsaxofonist trad na middernacht aan met een nieuwe band, die gedomineerd werd door een niet aflatende beatbox die pas tegen halfdrie het zwijgen werd opgelegd. Onafgebroken speelde de band een slordige anderhalf uur over een nauwelijks veranderend, hypnotiserend elektronisch ritme een mengelmoes van funk en rock. Gitarist, bassist en slagwerker kregen volop de ruimte hun solistisch kunnen ten tonele te voeren, maar het was natuurlijk vooral Dulfer zelf die de show stal.
In een wervelend en energiek concert begaf de 71-jarige saxofonist zich met snerpende solo’s tussen het publiek, voerde bij tijd en wijle twee rappende zangers op, en liet zijn tenorsaxofoon op zijn kin balanceren. Oude stijl, moderne jazz, Dulfer maalt niet om dergelijke hokjes. Vroeger niet, nu niet. En daarmee was hij de perfecte afsluiter van JazzTown Tilburg.
Of het festival ook een derde editie krijgt is nog de vraag. Minstens zeshonderd bezoekers waren er nodig om deze tweede editie rendabel te maken en die waren er niet. Daarbij lieten vooral de jongeren het afweten. Wellicht ligt de verklaring opgesloten in het feit dat er op het gebied van moderne jazz nauwelijks aanbod was. En hoewel het een nobel streven is om oude stijl en moderne jazz op één festival bijeen te brengen, rijst de vraag of er überhaupt animo is om in andermans muzikale keuken te kijken. Vooralsnog was dat deze avond nauwelijks het geval.