Eric Vloeimans & Florian Weber – Live at the Concertgebouw
CD-RECENSIE Eric Vloeimans & Florian Weber – Live at the Concertgebouw
bezetting: Eric Vloeimans trompet; Florian Weber piano
opgenomen: 12 april 2011 in Concertgebouw Amsterdam
release: 2011
label: Challenge Jazz
tracks: 13
tijd: 46.55
websites: www.ericvloeimans.com - www.florianweber.net
- www.challengerecords.nl
door: Rinus van der Heijden
Als Eric Vloeimans violist was geweest in plaats van trompettist, zou ‘Live at the Concertgebouw’ in bijvoorbeeld het klassieke vaktijdschrift Luister wel eens een laaiend enthousiaste bespreking hebben kunnen krijgen. Maar Eric Vloeimans is nu eenmaal trompettist en daarom prijst Jazzenzo zijn nieuwste album maar huizenhoog de lucht in. Dit omdat Eric Vloeimans en pianist Florian Weber kans hebben gezien een naadloze synthese te scheppen tussen jazz en klassieke muziek.
Hoe vaak hebben anderen dit al geprobeerd, zullen sommigen zich afvragen. Velen, kan daarop het antwoord zijn, maar zelden is een harmonieuzer samengaan tot stand gekomen dan op deze ‘Live at the Concertgebouw’. En omdat twaalf van de dertien stukken ook nog van de hand zijn van Eric Vloeimans – en dus jong – mag je met gerust gemoed spreken van nieuwe muziek.
In tegenstelling tot de muziek die we de laatste jaren van Eric Vloeimans gewend zijn, heeft hij zich op deze cd afgewend van alle elektronische verworvenheden. Zijn trompet klinkt weer als in zijn beginjaren; akoestisch en met een ongeëvenaarde techniek bespeeld. Een lichte galm maakt zijn toon tijdloos. De vleugel van Weber sluit met zijn rijke akoestische aard gelijkwaardig aan bij de verrichtingen van de trompet.
Zoals het uitstekende musici betaamt, eist geen van beiden een hoofdrol op. Binnen de harmonieuze composities van Vloeimans beweegt ieder op zijn dooie gemak. Het klassiek aandoende karakter van de stukken verschaft zowel trompet als piano de gelegenheid intiem met elkaar in de slag te gaan. De vanzelfsprekendheid die dat oplevert verbaast de luisteraar telkens weer. Prachtige melodische wendingen worden de ene keer door de trompet, de andere keer door de piano opgeroepen maar telkens schuiven zij als een telescoop in elkaar. Sfeer in de zuiverste vorm wekt dat op en dit betekent dat deze kamermuziek een universele toplaag krijgt. ‘Live at the Concertgebouw’ is daardoor een plaat die lang gaat beklijven.