Colin Steele Quintet dynamische verrassing op Europa Festival Uk ‘06
EUROPA FESTIVAL, Lantaren-Venster Rotterdam, Colin Steele Quintet, 28 september 2006
beeld: Hans Reitzema
door: Mischa Andriessen
Tijdens zijn concert twee weken geleden liet Gerard Presencer zich ontvallen dat de Engelse jazzscene in vergelijking met de Nederlandse weinig sprankelend is. Niet alleen sprak zijn eigen optreden dat al enigszins tegen, maar de opkomst in korte tijd van tal van jonge bands als Acoustic Ladyland, Polar Bear en Jazz Jamaica (en een aantal die ik nog niet heb kunnen horen zoals The Partisans, Led Bib en de ook tijdens het Europa festival optredende Soweto Kinch) doet toch vermoeden dat Presencers voorstelling van zaken de Engelse jazz geen recht doet. Toch is het waar dat de laatste jaren maar weinig (interessante) Engelse bands in Nederland te zien en te horen zijn geweest.
Phil Bancroft, Colin Steele
Ook met het kwintet van de Schotse trompettist Colin Steele kon het Nederlandse publiek nu voor het eerst live kennismaken. Hoewel hij vorig jaar de overstap maakte naar het gerenommeerde ACT label waar bijvoorbeeld ook EST is ondergebracht, was Steele op het affiche van het Europa festival UK ’06 waarschijnlijk de grootste onbekende, de publieke belangstelling viel in elk geval behoorlijk tegen. Onterecht zo bleek want Steele en zijn band maakte veel indruk. Hij heeft een zeer aanstekelijke, eigen stijl die stevig is geënt op de Schotse Volksmuziek. De catchy openingsthema’s komen soms haast klassiek over, maar zo gauw de muzikanten beginnen te soleren, wordt het pure jazz die met veel gevoel voor dynamiek en nuance wordt vertolkt. Vooral de bescheiden ogende ritmesectie is daarbij van onschatbare waarde. Dave Milligan is een heel beheerste pianist die in perfecte samenspraak met bassist Aidan O’ Donnell en de door zijn spel imponerende drummer Stu Ritchie de muziek op een heel natuurlijke manier weet op te stuwen en weer tot rust te brengen. De souplesse waarmee dat gebeurt, verraadt dat de band gepokt en gemazeld is in het Schotse clubcircuit. Het kwintet maakte een bijzonder professionele indruk, maar heeft niet de plichtmatigheid die daar helaas vaak bij komt kijken.
De beide blazers, Steele en de robuust uitziende Phil Bancroft, spelen beide met opmerkelijk veel inzet. Doordat zij bovendien allebei vaak veel valse lucht blazen, passen zij wat sound betreft heel goed bij elkaar. Vooral op sopraansax deed Bancroft soms misschien iets te veel aan Coltrane denken, maar dat verwijt valt duizenden saxofonisten te maken. Zijn vette geluid en ruige licks zijn echter gemaakt voor Steeles muziek. Steele zelf speelt wat subtieler. Zijn technische beheersing van de trompet is groot zonder dat dit op enig moment tot onnodig vertoon van virtuositeit leidt. Hij is een bescheiden bandleider die de andere muzikanten minstens evenveel ruimte en vrijheid gunt. De hechtheid waarmee het kwintet speelt, is een van haar grootste troeven. Een andere sterk punt is dat Steele goed weet de doseren. Het gebruik van de volksmuziekthema’s is een gouden vondst, maar ook een die snel een foefje en daardoor vervelend zou kunnen worden. In de twee sets die de groep speelde, wist zij door een afgewogen selectie van het songmateriaal het concert echter van begin tot eind spannend te houden. Zo opgeschreven klinkt dat als een sinecure, maar het is een prestatie van jewelste.
- Colin Steele website
- Europa Festival website
- Lees ook: Presencer en Verhoeff: het belang van een bluesy sound (Europa Festival, 14 september)