Jeremy Pelt Quartet: goed maar zonder lef
CONCERTRECENSIE. Bimhuis Amsterdam, Jeremy Pelt Quartet, 14 oktober 2006
beeld: Ger Koelemij
door: Tim Sprangers
Met vijf optredens in Frankrijk en Nederland promoot het Jeremy Pelt Quartet, onder leiding van de 29-jarige trompettist/ flughornspeler, zijn nieuwste album ‘Identity’. De grote opkomst in het Bimhuis kan wel eens in de hand zijn gewerkt door het vooral in Amerika lyrisch ontvangen album. Doordat Pelt wordt vergeleken met Ellington, Shorter en Davis, lijkt zijn status steeds indrukwekkender vormen aan te nemen. Pelt zou zich net als deze iconen onderscheiden door een unieke stijl. Bovendien zou zijn compositietalent niet onderdoen voor zijn uitvoerende kwaliteiten. Het zijn echter beweringen die moeilijk te horen waren tijdens het optreden.
Jeremy Pelt, Frank LoCrasto, Eric McPherson
De muziek was mooi en klassiek, spannend zeker niet. De stukken werden uitgevoerd vanaf bladpapier en voornamelijk Frank LoCrasto (piano, Fender Rhodes) leek meer bezig te zijn met de compositie zelf dan met de uitvoering hiervan. Hij beschikt met zijn 23 jaar over een uitstekende techniek, maar mag zich vaker overgeven aan zijn gevoel. Zijn spel kende weinig hoogtepunten: niets was slecht en niets was indrukwekkend. Ditzelfde geldt voor bassist Gevin Fallow. Zijn spel miste elke vorm van spanning. Drummer Eric McPherson vormde tijdens het gehele concert een uitzondering. Als begeleider van onder andere Jackie McLean, Pharoah Sanders en Kurt Rosenwinkel bezit hij een gigantische dosis veelzijdige ervaring. Hij wist te swingen, door vaak te wisselen van ritme of op een constante manier nét uit de maat te blijven. Met een indrukwekkende hoeveelheid attributen kon hij noten in melodieën op een subtiele manier benadrukken en etaleerde hij meermalen een onnavolgbare handelingssnelheid. Het naast zijn drumstel spontaan omvallende Spaflesje vormde de beste illustratie van af en toe keihard spel.
Het spel van Pelt is mooi, integer, lief en saai. Hij wist met meervoudig gebruik van ruimtelijke, elektronische effecten boeiende aanvullingen te brengen op het kwartet. Maar ook dit begon na enkele keren zijn vernieuwende aspecten te verliezen. Voornamelijk tijdens de tweede set bleven thema’s veel te lang hangen en leek een lome en slaperige loungesfeer te ontstaan. Positief was overigens de ongekende hoeveelheid ruimte die Pelt aan zijn band gaf op de momenten dat hij zich respectvol naar achter begaf. Dit leidde af en toe tot een enkel hoogtepuntje van voornamelijk McPherson, in combinatie met LoCrasto. Maar over het geheel gezien bevatte de samenstelling te weinig karakter en identiteit. Die heeft Pelt wel voor ogen met zijn cd ‘Identity’. Jammer, want een band met zoveel kwaliteit is tot veel meer in staat.
- Jeremy Pelt website