Nik Bärtsch’ jacht op de huilende nijlpaarden
CONCERTRECENSIE Nik Bärtsch's Ronin, Paradox Tilburg, 8 oktober 2010.
beeld: Rolf Wirken
door: Rinus van der Heijden
Duizelingwekkende wisselingen van maatsoorten, een niet aflatende drijfjacht van slagwerk en percussie, etherische lijnen van basklarinet, contrabasklarinet en altsaxofoon en alles opeisende ondersteuning van de basgitaar. Dat was het concept dat Nik Bärtsch’ Ronin een uitverkocht Paradox voorschotelde.
De Zwitserse pianist Nik Bärtsch strooide met zijn groep Ronin in een half duister Paradox meditatieve sferen over het publiek.
Een concept dat een meditatieve trip bleek te zijn, die zich vrijwel steeds afspeelde in het halfduister, waaruit bundels opdoken die niet alleen een flesje water voortdurend in het licht plaatsten, maar met tussenpozen ook individuele musici. Het uit één set bestaande concert dat maar liefst een uur en drie kwartier duurde, was een belevenis die menigeen nog lang zal heugen.
De ideeën van de Zwitserse pianist Nik Bärtsch en zijn uit vier anderen bestaande Ronin, zijn nieuw. Relatief nieuw uiteraard, want zijn in muziek nog niet ontdekte elementen te onderscheiden? Bärtsch houdt zich niet zo aan gebaande wegen: melodieën zijn er voor hem slechts om versnipperd weer te geven, ritme om te verwarren, harmonie om in hogere mentale sferen te komen. Dit alles wordt gevat in klanken die zich bewegen tussen kamermuziek, jazz, rock en minimal music. Improvisatie speelt een grote rol, maar in de uitwerking lijkt het of Ronin vanaf een partituur speelt. Lijkt, ja. Want onvoorspelbaarheid is ook een van de bouwstenen van Ronin. En die vang je niet in partituren.
Melodieën zijn bij Nik Bärtsch geen thema’s, die houvast moeten aanbrengen in zijn muziek. Het zijn hoogstens handvaten om de alsmaar voortdrijvende ritmiek te breken en een andere keer er nieuwe wegen voor te banen. Klarinettist/altsaxofonist Sha mengt vaak alleen maar wat lang uitgetrokken lijnen over het geheel, wat een etherisch effect oplevert. Bärtsch’ piano is soms een klingelend speeldoosje en dan weer een vertolker van haast romantische etnische muziek. Want ook dat element speelt een rol: bij Ronin speelt een gedegen kennis van alle muziek een grote rol.
Percussionist Andi Pupato, basgitarist Björn Meyer, Nik Bärtsch.
Björn Meyer bespeelt een zessnarige basgitaar, waarmee hij de mogelijkheden van ritmiek eindeloos oprekt. Slagwerker Kaspar Rast en percussionist Andi Pupato zijn op hun best als ze onstuitbaar polyritmisch donderend voor de troepen uitdraven. De keuze van Sha om basklarinet en contrabasklarinet in te brengen leidt tot verbluffende accenten in Ronins afwijkende muzikale schetsen. Vooral op dit laatste instrument is Sha in staat een nijlpaard te laten huilen.
Het concert in Paradox was in juni van dit jaar al uitverkocht. Wat de vraag rechtvaardigt of Ronin al zó bekend is dat je er voortaan als de kippen bij moet zijn om Bärtsch c.s. te zien spelen. Bij drie mensen uit Amsterdam in elk geval wel. Het leek hun een mooie gelegenheid om hun verjaardag eens op een andere manier te vieren. Zij kochten voor vrienden, familie en kennissen honderdveertig toegangskaarten voor Paradox en ja, dan is de tent snel vol.
Wie Nik Bärtsch’ Ronin thuis wil beluisteren, kan het gloednieuwe (derde) ECM-album ‘Llyria’ aanschaffen. Maar dat is helaas een zwakkere afspiegeling van wat de groep in Tilburg bracht. In het voorjaar komt het kwintet weer naar Nederland.