Matthew Shipp: man met een missie
CONCERTRECENSIE. Bimhuis Amsterdam, Matthew Shipp Trio / Benjamin Herman Improvisatiegroep, 30 juni 2007
Beeld: Ger Koelemij
door: Tim Sprangers
Bijna twee uur later dan afgesproken kwam pianist Matthew Shipp uit de coulissen van het Bimhuis gelopen. Met een flauw knikje naar het publiek liep hij linea recta naar zijn instrument. Dit greep hij vast met handen en hoofd om het onafgebroken pas vijf kwartier later weer los te laten. Hij dwong zijn publiek mee te denken over zijn ideeën. Dit was heftig, er werden zware onderwerpen aangehaald.
Matthew Ship, bassist William Parker, Gideon van Gelder en Benjamin Herman troffen elkaar onverwacht in het Bimhuis
Omdat het vliegtuig uit Italië met daarin het Matthew Shipp Trio (met verder William Parker, bas en Gerald Cleaver, drums) vertraging had, fungeerde Benjamin Herman als voorprogramma. “We zijn uit de kroeg komen rollen”, vertelde hij op lollige wijze. Het kroegrepertoire werd voortgezet in het Bimhuis. Samen met Sean Fascinani (bas), Marc Coehoorn (drums) en Gideon van Gelder (piano) speelde Herman leuke en ongecompliceerde composities. Het waren arrangementen waarin de mogelijkheden voor solo’s talloos waren. Van Gelder, binnenkort naar New York vertrekkend, stal zonder twijfel de show. Met verzorgd én enthousiast spel behoort hij tot de grootste Nederlandse jazztalenten.
Matthew Shipp is van een heel ander kaliber. Bij hem geen tijd voor grapjes en vrolijkheid; het was bittere ernst. Niet alleen qua vorm, ook wat betreft inhoud. Het kwartet speelde een dikke vijf kwartier aan één stuk. Shipp lijkt constant te zoeken naar nieuwe structuren en uitingsvormen. Hij beweegt zich tussen simpele melodietjes, woeste kreten, klassiek spel, intelligente trucjes en pakkende stiltes. Freejazz speelt absoluut een hoofdrol.
Door het onregelmatige spel van drummer Cleaver bleef het groepsgeluid onvoorspelbaar. Bassist Parker pakte regelmatig zijn strijkstok erbij, waarmee hij veel emotie toevoegde. Allen waren volledig in hun instrument verzonken. Maar ze bleven naar elkaar luisteren: om elkaar aan te vullen, maar vaker om elkaar tegen te spreken.
Gerald Cleaver, Gideon van Gelder en Marc Coehoorn
Was het dan een ongestructureerde potpourri? Zeker niet. Hoewel zware kost, bleek dat de visie van Shipp wordt verwezenlijkt. Hij beredeneert vanuit het tegenovergestelde perspectief. Met zijn sublabel ‘The Blue Series’ beoogt hij de verschillende talen van de jazz juist ineen te smelten. Hij zoekt dus niet náár verschillende jazzuitingen, maar vanuít het legio aantal jazztalen. Is dit een utopie? Niet echt. Shipp laat zien dat diverse invloeden te combineren zijn. Zo heeft hij ook veel succesvolle freejazzprojecten met dj’s en hiphoppers. Tijdens het optreden in het Bimhuis liet hij diverse stijlen horen door vaak te versnellen of te vertragen en explosiviteit af te wisselen met minimale klanken. Het lukte Shipp talen te verweven.
Is iemand die slaagt in zijn visie logischerwijs succesvol? Shipp weet weliswaar vele jazztakken te laten huwen, veel concertbezoekers trokken het niet. Het publiek werd onrustig, ging even een drankje in het café nuttigen of liep gewoon weg. De taal van het Matthew Shipp trio is gecompliceerd en vaak ook ongegeneerd absurdistisch. Toch waren voornamelijk intermezzi voldoende boeiend door de uitmuntende technische kwaliteiten van voornamelijk Shipp zelf. Ook is het boeiend te kijken naar een man met een missie die zijn taak vol overtuiging uitvoert. Een fascinerende avond.
- Matthew Shipp website