Reünie Defunkt een groot feest
CONCERTRECENSIE. Bimhuis Amsterdam, Defunkt NYC Downtown 80’s, 10 juli 2007
beeld: Hans Reitzema
door: Tim Sprangers
Al bijna dertig jaar bestaat het New-Yorkse Defunkt. De band baarde opzien door de zwarte funk te combineren met jazz, rock, metal en punk. Gitarist Vernon Reid, in het begin lid, bouwde later voort op deze combinatie met zijn band Living Colour. Succesvol was Defunkt begin jaren tachtig. De groep speelde op talloze jazz- en rockfestivals. Het podium deelde ze met Prince, James Brown, Maceo Parker en Larry Graham. De Red Hot Chilipeppers beschouwen de New Yorkers als één van hun grote inspiratiebronnen.
Een ontketende Joseph Bowie eerder deze maand in het Bimhuis
Zanger, trombonist en oprichter van de band Joseph Bowie (broer van Lester) woont al een tijd in Nederland. Na zijn drugsverslaving ontmoette hij een Nederlandse vrouw. Hij concludeerde dat Amerika hem niet veel goeds kon brengen en verhuisde naar Gorinchem. Nog steeds is Bowie actief in de muziekwereld. Aan de rechterhand van Hans Dulfer leerde hij de Nederlandse jazz- en funkscene kennen. In Gorinchem geeft hij muziekcursussen die, gevoed door boeddhistische overtuiging, therapeutische karaktertrekken hebben: ‘Laat je niet overmannen door angst; dit is onze grootste vijand; waar het om draait is liefde!’.
Bowie heeft het voor elkaar gekregen de Defunktformatie uit de jaren tachtig bijeen te krijgen voor een korte tour langs enkele landen. Ook het Bimhuis werd bezocht. Het was een groot feest. Funk en soul hadden de absolute overhand, maar soms drong stiekem door waarom de band in de jaren tachtig zo veel opzien baarde én nooit echt het grote publiek bereikte. Chaos in de vorm van tegen elkaar in spelende instrumenten zorgde voor gestoorde rocktaferelen. Gefreakte en opzwepende baspartijen van Kim Clarke hielden het groepsgeluid constant levendig. Gitarist Ronny Drayton beperkte zich vaak tot minimale begeleiding, met een geluid dat buitengewoon veel weg had van de sound van een fender rhodes. Zijn collegagitarist Bill Bickford was bekwaam in funky gitaarriedeltjes en vette solo’s.
Het is een combinatie van stijlen die menig publiek in de jaren tachtig tot uitzinnigheid verleidde, maar te riskant was voor een grote platenbaas. Muziek gaat over creativiteit, improvisatie, overgave en liefde. Bowie zei in het Bimhuis de Wynton Marsalissen te verfoeien.
Ronnie Drayton, Kenny Martin, Bill Bickford
Bowie is een absolute showmaster. Gekleed in glinsterend gewaad rende en sprong hij van de ene naar de andere kant van het podium. Zijn trombonespel beproeft de grenzen van de funk; vaak neigde hij naar de freejazz. Af en toe liet de vijftiger zich verleiden tot wat getrommel op de conga’s en gong. Toen het einde van het optreden naderde, waren alle grenzen van het podium verkend en vertrok Bowie de zaal in onder het motto: ‘muziek maken doen we met zijn allen’. Met de microfoon in de hand werd het publiek opgezweept. Als je uiteindelijk in het Bimhuis iedereen laat opstaan en meeswingen, ben je een ware funkgoeroe.