CSS Drop Down Menu by PureCSSMenu.com



 

Wicked Jazz Sounds Band – The Biggest Sin

2 CD-RECENSIES

Wicked Jazz Sounds Band – The Biggest Sin   
bezetting: Berenice van Leer, Renske Taminiau, Paul van Kessel, Pieter Kok, zang; Laurens Priem, gitaar; Glen Gaddum jr., Hugo den Oudsten, basgitaar; Tim Dudek, drums; Gilian Baracs, toetsen, zang, vibrafoon; Floris van der Vlugt, altsaxofoon, toetsen; Robbert Scherpenisse, trompet; Bastiaan Woltjer, trombone; Roël Calister, percussie; Susanne Alt, altsaxofoon
opgenomen: 2009
release: 27 maart 2009
label: United Recordings
tracks: 14
tijd: 52:47
website: www.wickedjazzsoundsband.comwww.unitedrecordings.com
myspace: www.myspace.com/wickedjazzsoundsband
door: Jan Jasper Tamboer

Jazz is tegenwoordig een sterk merk. Het is bon ton om geassocieerd te worden met het genre en platenmaatschappijen, marketeers en ook muzikanten maken daar handig gebruik van. Wicked Jazz Sounds lijkt er echter wars van, bij hen komt de intentie rechtstreeks uit het hart.


Avishai Cohen doet wat hij wil: zingen

INTERVIEW
door: Rosa Groen








Rosa Groen sprak op het North Sea Jaz Festival kort met Avishai Cohen over  zijn nieuwe passie: zingen. Foto © Jos L. Knaepen



De bassist heeft een kenmerkende mimiek wanneer hij speelt. Hij beweegt zijn mond alsof hij blind wil zoenen, of begeleid al pratend zijn basspel. Avishai Cohen heeft een nieuwe dimensie aan zijn muziek toegevoegd: zang. Op North Sea Jazz trad hij op met zijn nieuwe band, waarmee hij ook zijn laatste album Aurora opnam. Na twaalf jaar in New York te hebben gewoond, is Cohen terug in Israël. Daarvandaan doet hij tournees, de komende tijd vooral in Frankrijk.


Matthias Schriefl – Shreefpunk Live In Köln

CD-RECENSIE

Matthias Schriefl – Shreefpunk Live In Köln
bezetting: Matthias Schriefl; trompet, flugelhorn, Johannes Behr; gitaar, Robert Landfermann; contrabas, Jens Düppe; drums, Hannah Weirich; viool, Nadine-Goussi Aguigah; viool, Axel Porath; viola, Thomas Schmitz; cello, Django Bates; keybord, piano, eb hoorn
opgenomen: 2007/2008
release: 2009
label: ACT Music / Challenge
tracks: 11
tijd: 73 minuten
myspace: www.myspace.com/shreefpunk - www.myspace.com/matthiasschriefl
door: Tim Sprangers


Met een hoogmoedigde quote licht trompettist/flugelspeler Matthias Schriefl zijn live-cd ‘Shreefpunk Live In Köln’ toe: ‘The introduction of a new kind of music must be avoided because it will endanger everything. For nowhere was musical style changed without unsettling the most fundamental political laws’. Het is een uitspraak van filosoof Plato die Schriefl heeft geïnspireerd en pontificaal in de cd-hoes heeft vermeld.


David Murray & Mal Waldron - Silence

CD-RECENSIE

David Murray & Mal Waldron - Silence
bezetting: David Murray; basklarinet, tenorsaxofoon, Mal Waldron; piano
opgenomen: 5-6 oktober 2001
release: 2009
label: Justin Time / Challenge
tracks: 7
tijd: 66.40
websites: www.justin-time.com - www.challenge.nl
myspace: www.myspace.com/davidmurraymusic
door: Mischa Andriessen


Opnamen van een concert uit Brussel, de stad waar pianist Mal Waldron lange tijd woonde en ruim een jaar na dit optreden ook overleed. Zoals Waldron eruitzag; herkenbaar gedistingeerd, zo speelde hij ook. Zijn verfijnde en zorgvuldige spel staat in fraai contrast met David Murrays van energie en kracht bulkende speelwijze. Hier zijn twee muzikanten aan het woord die uiteenlopende persoonlijkheden meebrengen, maar in dat andere karakter wel degelijk veel herkennen.


Nederlandse jazz in Madrid doet het goed

JAZZ WEEKEND HOLANDÉS, MADRID
door: Rosa Groen


Madrid - De laatste dag van het Nederlandse jazzfestival in Madrid, dat gehouden werd van 17 tot en met 19 juli, was een spetterende vertoning in het Spaanse cultureel centrum Fundación Carlos Amberes. Buiten was het heet, binnen werd in het drukke zaaltje naarstig geïmproviseerd door overwegend Nederlandse jazzmusici.


Chris Beckers - Seven Frames of Mind

CD-RECENSIE

Chris Beckers - Seven Frames of Mind
bezetting: Chris Beckers; gitaar, Simon Philips; drums, Jimmy Haslip; bas.
Gasten o.a. Eric Vloeimans; trompet, Jasper van 't Hof; toetsen, Tony Lakatos; tenorsaxofoon, Hermine Deurloo; harmonica en Herman Wolters; (elektrische) piano
release: 2009
label: CrisCrazz Records / Challenge
tracks: 8
tijd: 45.45
websites: www.chrisbeckers.com - www.criscrazz.com
door: Mischa Beckers


De Nederlandse gitarist Chris Beckers werkte met  Eef Albers, Michiel Borstlap, Peter Beets en Leonardo Amuedo, maar ook met bijvoorbeeld voormalig Weather Report drummer Peter Erskine. Seven Frames of Mind is het elfde solo-album van deze muzikant. Beckers schreef alle stukken en arrangementen zelf. Fusion is het sleutelwoord, de ene keer neigend naar een smooth jazzy invulling of een blues feel, de andere keer uitmondend in een uptempo shuffle of funkinvulling.


Mary Halvorson is meeslepend

CONCERTRECENSIE. Mary Halvorson Trio, Bimhuis, 17 juli 2009
beeld: Ger Koelemij
door: Tim Sprangers

Eigenlijk houdt gitariste Mary Halvorson helemaal niet van de gitaar in de jazz. Ze beluistert het weinig en als ze een cd van een traditionele jazzgitarist opzet, geniet ze allerminst. De praktijken van de Amerikaanse onder jazz scharen, is dan ook zeker niet vanzelfsprekend. Het zijn de improvisatie en doordachte schema’s die de muziek van Halvorson tot het genre laten behoren. Haar klankkleur echter is veel wilder, breekbaarder en onvaster dan van een jazzgitarist wordt verwacht.


Greg Wall's Later Prophets - Ha'Orot

CD-RECENSIE

Greg Wall's Later Prophets - Ha'Orot
bezetting: Rabbi Greg Wall; tenor- en sopraansaxofoon, klarinet, shofar, moseno, Shai Bachar; piano, Dave Richards; bas, Aaron Alexander; drums, Rabbi Itzchak Marmorstein; 'spoken word'
opgenomen: 12 en 13 februari 2008
release: 2009
label: Tzadik / Challenge
tracks:14
tijd: 66.49
websites: www.gregwall.com - www.haorot.org - www.tzadik.com
myspace: www.myspace.com/orotharav 
door: Mischa Beckers

Greg Wall is als muzikant en componist van vele markten thuis maar met name in de jazz en Klezmer. Hij is bekend van bijvoorbeeld Hasidic New Wave en is nu bandleider van de Later Prophets. Op Ha'Orot exploreert hij de Joodse muziek en cultuur intensief. Hij mengt traditionele Joodse volksmuziek met groovy jazz en vleugen free-jazz. Deze op zich al intrigerende vorm wordt op deze cd gecombineerd met het spirituele gedachtegoed van Hebreeuwse dichter Rabbi Avraham Itzchak HaCohen Kook. De subtitel van het album is dan ook The lights of Rav Kook.


Keith Jarrett / Gary Peacock / Jack DeJohnette - Yesterdays

CD-RECENSIE

Keith Jarrett / Gary Peacock / Jack DeJohnette - Yesterdays
bezetting: Keith Jarrett; piano, Gary Peacock; bas, Jack DeJohnette; drums
opgenomen: 24 en 30 april 2001
release: 2009
label: ECM / Challenge
tracks: 9
tijd: 75:39
website: www.ecmrecords.nl - www.challenge.nl
door: Mischa Andriessen



Vorig jaar werd het vijfentwintig jarig bestaan van het Keith Jarrett Trio gememoreerd met een reeks uitgaven op cd en DVD. Vanaf het begin in 1983 heeft het drietal zich op standards geconcentreerd. Keith Jarrett was overspannen geraakt door de uitputtende solo-improvisaties die hij jarenlang had gegeven en zocht naar meer vormvastheid. Die vastigheid is relatief. Jarrett, Peacock en DeJohnette gebruiken de songstructuur van een bekende compositie enkel als vertrekpunt.


Boris Savoldelli & Elliott Sharp – Protoplasmic

CD-RECENSIE

Boris Savoldelli & Elliott Sharp – Protoplasmic
bezetting: Boris Savoldelli stem en elektronica; Elliott Sharp elektrische gitaar, sax en elektronica
opgenomen: september 2008 in zOar Studio New York
release: 2009
label: Moonjune Records
tracks: 10
tijd: 49.30
website: www.borisinger.eu - www.elliottsharp.com - www.moonjune.com
myspace: www.myspace.com/borisinger  
door: Rinus van der Heijden


‘Noises In My Head’ luidt de titel van een van de stukken op de cd ‘Protoplasmic’. Beter kan de muziek op het nieuwste album van de Italiaanse zanger Boris Savoldelli en de Amerikaanse gitarist/saxofonist Elliott Sharp niet worden omschreven. Geluiden die je in je hoofd hoort en die je eigenlijk niet kunt definiëren, zo klinkt deze ‘Protoplasmic’.


Veel avontuurlijke jazz op slotdag North Sea

NORTH SEA JAZZ 2009, recensie, Ahoy Rotterdam, zondag 12 juli
door: Mischa Andriessen


De North Seazondag was als vanouds de dag waarop de meer uitdagende jazz een kans kreeg. In de Yenisei kon het publiek kennis maken met jong talent. John Zorn presenteerde zijn opmerkelijke improvisatiecompositie ‘Cobra’ en Anthony Braxton zijn Diamond Curtain Wall Trio. De Missouri stond heel de dag in het teken van de Japanse Jazz. Niet de lichtvoetige clubjazz, maar vooruitstrevende muziek van een aantal vooraanstaande figuren uit de J-Jazz.


Alles kan op North Sea Jazz: monumentaal eerbetoon John Scofield aan Hank Williams

NORTH SEA JAZZ 2009, recensie, Ahoy Rotterdam, zondag 12 juli
door: Rinus van der Heijden


Een eenzame man op een van de immense podia van het North Sea Jazz Festival in Rotterdam. Kaal, voorover gebogen. Gefascineerd door zijn gitaar, in de ban van zijn eigen spel. Een solo: vrij, indringend, overweldigend, haarzuiver en niet gebonden aan conventies. Er doorheen geweven millisecondes van herkenning.

Die herkenning wordt definitief als Hammondorganist/pianist Jon Cleary de door gitarist John Scofield terloops aangestipte melodie oppikt en uitwerkt. Het blijkt ‘Angel of Death’ van de in 1953 overleden countrylegende Hank Williams te zijn. Cleary ziet kans de sfeer van Williams, kaal en bij het origineel slechts gevormd door de nasale keelstem van Williams, in deze even kale, immense concerthal van een jazzfestival, te treffen. En Scofield? Hij als ster van zijn Piety Street Band bouwt ‘Angel of Death’ uit tot een monumentaal eerbetoon aan Hank Williams, neergezet in overrompelende muziek die elke grens slecht en alle Amerikaanse volksmuziek (country, jazz, gospel, soul, blues) liefdevol bijeenbrengt en samen smeedt tot… ja, wat? Tot muziek in elk geval die je in de ziel treft en in haar eentje de gang naar North Sea Jazz 2009 rechtvaardigt.


De rotsvaste McCoy Tyner met John Scofield en oude rot Gary Bartz. Foto © Eddy Westveer

Jaren geleden kon gitarist Bill Frisell dat ook, die elementen uit de Amerikaanse muziekgeschiedenis eren en in een eigentijdse jurk hijsen. Zoals de Piety Street Band eerder tijdens haar concert ook al deed met ‘Something’s got a hold on me’ waarin Scofield als een rock&roll-gitarist tekeer ging of de gospel ‘I’m a soldier in the army of the Lord’ met zijn snerpende gitaarriffs uiteen reet. Nu lijkt Frisell een bedachtzame middelbare heer geworden, die als gast bij het McCoy Tyner Trio vooral zijn best deed niet op te vallen. Datzelfde gold helaas ook voor John Scofield, hier eveneens op de gastenlijst, die even kleurloos als Frisell achter de veel te vaak opduikende soli van ouwe rot Gary Bartz aan hinkelde. Bartz heeft nooit tot de spannendste altsaxofonisten behoord en dat is er niet beter op geworden, nu hij oud is. Gelukkig maar dat McCoy Tyner nog niets van zijn rotsvaste toucher en zijn sprankelende invallen is verloren, anders was dit veel te behoudende concert één grote mislukking geworden.

Erfgoed
En dan was er nog John Zorn. Ook een Amerikaan die het erfgoed van vroegere jaren koestert en transformeert naar de eigen tijd. Soms tenminste. Niet altijd. Zoals bij zijn project ‘Filmworks’, waarin hij tweeëntwintig door hemzelf gecomponeerde soundtracks heeft bijeen gepakt. De erfenis van Amerikaanse muziek klinkt er enigszins in door, maar dan uit de hoek van zoete, verhullende Hollywoodfilms. Is dit Zorn, vraag je je af, als hij zijn orkest dirigeert door vaak fondantachtige, stroperige klanken die avontuur en vooral spanning ontberen.










John Zorn sloot zijn reeks concerten als Artist in Residence af met de projecten Filmworks en Cobra. Foto © Eddy Westveer

Hoe anders is dat bij Zorn’s project ‘Cobra’. Het is al 25 jaar oud, bedacht door Zorn en door talloze musici vertolkt. ‘Cobra’ is in feite een interactief spel tussen een dirigent en een orkest, waarbij de dirigent door middel van op bordjes geschreven letters aanwijzingen geeft, die de musici al dan niet hoeven op te volgen. Het resultaat is een spannend bordspel, waarbij het ongelooflijke vakmanschap van Zorn’s orkest - de gave om zonder aarzelingen te anticiperen en op de grilligheid van Zorn in te haken - de ene keer zorgde voor gedragen orkestklanken en de andere keer voor een orkaan die het einde van deze wereld leek aan te kondigen. De aanwezigheid van individuen als harpiste Zeena Parkins, slagwerker Joey Baron en gitarist Marc Ribot is de krachtdadige garantie, dat zonder hen ‘Cobra’ tot mislukken is gedoemd.










Anthony Braxton begaf zich in het onafzienbare landschap van de vrije improvisatiemuziek. Foto © Eddy Westveer

Vrij en onverveerd is nog altijd rietblazer Anthony Braxton. Wie hem gaat verwijten dat hij nog in de vrije jaren zestig van de jazz opereert, heeft gedeeltelijk gelijk. Maar de vrijheid van Braxton is met de jaren geëvolueerd en fantasierijker geworden. Op North Sea opeerde hij met koperblazer Taylor Ho Bynum en gitariste Mary Halvorson. De laatste liep bedachtzaam in de muziek van Braxton mee: de trompettist/trombonist ging enerverende duels aan met Anthony Braxton, die de muziek aankleedde en voor zijn opponent moeilijker maakte met computer en samples. De knetterende klankvelden die dit opleverde waren exercities door het onafzienbare landschap van de vrije improvisatiemuziek. Indrukwekkend en in de details zeker nieuw.

Grijze middenmoot
Die laatste kwalificatie gold niet voor het John Taylor Trio, The Story en het Bart Lust Quintet. Taylor is de zoveelste exponent van het klassieke pianotrio dat zich niet boven de grijze middenmoot weer te verheffen. The Story is een kwintet waarbij je je afvraagt: wat bezielt de programmeurs van North Sea Jazz om juist dit vijftal te contracteren? Een altsax en tenorsax voor een weinig inspirerende ritmesectie zijn al zo oud als Methusalem en dienen  allang naar de vuilnisbelt van de vergetelheid te zijn verwezen. Voor het Bart Lust Quintet geldt hetzelfde. Mooie-herenjazz, waar tenorsax en trombone o zo beschaafd met piano, contrabas en slagwerk ‘stoeien’. In een benauwende tent, waar ze zich geen moment uit laten lokken. Boter aan de galg van een toonaangevend jazzfestival.










Een grote verrassing op de slotdag van North Sea was het concert van de
Britse zangeres Adele. Foto © Ron Beenen


Het North Sea Jazzfestival is een evenement dat al jarenlang discussies oproept over de invulling ervan. Laten wij ons daar één keer van onthouden en het concert van Adele in herinnering roepen. Adele is een anderhalf jaar geleden ‘ontdekte’ Britse zangeres, bij wie het er niet toe doet of je haar categoriseert als jazz- of als popvocaliste. In de immense ruimte van de Nile-hal maakte ze haar Nederlandse entree. En hoe. In korte, slechts twee tot drie minuten durende liedjes, diepte ze alle mogelijkheden van haar stem zonder enige moeite op uit haar imposante lichaam. Ze beschikt over een ingehouden kracht, waarvan de reserves haar stemgeluid álles laten kunnen. Ze haalt zonder trucages als een stormwind uit naar het hoogste register, duikt moeiteloos naar het laag, trekt alle dynamische mogelijkheden van haar stem naar de oppervlakte. Ze lijkt op een kruising van Mama Cash en Dionne Warwick, mist weliswaar het dramatische van Amy Winehouse, maar breit evenals zij moeiteloos de ene na de andere emotie aan elkaar. Kortom: zij is een even grote verrassing als Winehouse en ‘oma’ Susan Boyle en doet het beste vermoeden voor de toekomst van de Britse muziekscene.

Ware verrasssing
Tot slot een ware verrassing van eigen bodem: de Omnibus van Ernst Glerum. Ook een pianotrio, maar in een volstrekt nieuwe gedaante, omdat contrabassist Ernst Glerum de hoofdrol naar zich toetrekt. Bijvoorbeeld door zijn dansende strijkstok lichtvoetig over meer dan één snaar te laten dansen en hierdoor meerdere ritmes tevoorschijn te toveren. Als hij dan ook nog kans ziet tussen dat dansen andere snaren aan te strijken, dan loop je tegen zinsbegoocheling aan. Dat pianist Ruben Hein en slagwerker Joost Patocka zich daarbij beleefd wat op de achtergrond houden, neem je hen slechts in dank af.


Verrassingen en teleurstellingen houden elkaar op tweede dag North Sea in evenwicht

NORTH SEA JAZZ 2009, recensie, Ahoy Rotterdam, zaterdag 11 juli
door: Mischa Andriessen


De uitverkochte zaterdag had geen Japanse jazz op het program staan, maar wel een serie concerten ter ere van het zeventigjarige Blue Note label. Het trio van pianist Aaron Parks opende die reeks. Net als Christian Scott, aan wiens volwassen sound hij overigens een belangrijke bijdrage leverde, is de net vijfentwintigjarige Parks al geruime tijd bezig. 

Aaron Parks viel op bij Terence Blanchard, als pianist maar in niet mindere mate ook als componist. Inmiddels is Parks onder eigen naam bij Blue Note  gedebuteerd met het lovend ontvangen 'Invisible cinema'. Een knappe plaat waarop Parks zeker voor een debutant opvallend beheerst klinkt. De virtuositeit, die hij beslist ook bezit, voert niet de boventoon. In plaats daarvan bouwt hij onder andere door het gebruik van repetitieve patronen een sfeer op die in de meest geslaagde stukken een soort tijdloosheid uitdrukt. Muziek als een levend perpetuum mobile. Meer dan een notenvreter is Parks een verstild romanticus.










Pianist Aaron Parks speelde werk van zijn bij Blue Note verschenen album Invisible Cinema. Foto © Thomas Huisman

In de eerste twee nummers op North Sea had hij die sfeer meteen te pakken. Uitgebalanceerde nieuwe stukken, waar achter de zachtmoedige melodieën bijna stiekem een stevige ritmische drive verstopt zat die door Matt Brewer (b) en Ted Poor (dr) geleidelijk aan boven water werd gebracht. Anders dan op 'Invisible Cinema' waar het hem is gelukt om die sfeer nagenoeg een hele cd lang vol te houden, brokkelde de spanning bij dit optreden vrij vlot af. 'Travelers' en 'Afterglow', beide van de cd, droegen die betovering nog wel in zich, maar toen het trio overschakelde op de standard 'You are everything' klonk de groep ineens alledaags en dat gold helaas nog sterker voor de volgende song.

Zegt het iets over de programmering of het publiek, of beide dat de Volga, een zaal die in andere jaren maar door weinig mensen werd gevonden, nu vaak flink vol zat. Of helemaal, zoals bij het Pascal Schumacher Quartet, waar een grote groep mensen voor een dichte deur bleef wachten in de hoop later toch nog een glimp van deze Belgische vibrafonist en zijn band met daarin onder meer Franz von Chossy te kunnen opvangen. Het leek alsof dit jaar meer mensen op avontuur gingen om zich bij gebrek aan grote namen te laten verrassen. Dat is fantastisch natuurlijk, maar daardoor waren de geheide uitwijkmogelijkheden van weleer nu soms geen alternatief als je besloot je plan te wijzigen. 










Pascal Schumacher speelde met zijn kwartet in de bomvolle Volga zaal. 
Foto © Eddy Westveer


In de Yenisei was nog wel plaats. Daar leverden vijf bands, waaronder het Nederlandse Blazin’ Quartet strijd, voor de EBU European Jazz Award, een tweejaarlijkse prijs die de laatste keer voor het Engelse Emperical was. Drie van de vijf acts waren pianotrio’s, zo ook het Duitse Pablo Held Trio. Zware, hoekige akkoorden met complexe ritmische structuren. Het leek aanvankelijk wat gezocht, maar Pablo Held (p) Robert Landfermann (b) en Jonas Burgwinkel (dr) wisten heel goed wat ze deden. Burgwinkel zou later uitgeroepen worden tot beste instrumentalist. Gaandeweg werd de muziek spannender, al bleef die wat cerebraal en lukte het niet helemaal om er vat op te krijgen. Dat is natuurlijk het grote nadeel van zomaar ergens binnen vallen. In elk geval kan veilig gesteld worden dat waar veel pianotrio’s als dertien in een dozijn klinken, dit niet voor het Pablo Held Trio geldt. Overigens won de groep niet. Het Noorse Albatrosh, een piano/sax duo werd door de jury onder leiding van Maria Schneider tot winnaar uitgeroepen.

O ja, Lee Konitz komt niet
De presentator in de volle Hudson bracht het droeve nieuws nogal droogjes als een van de huishoudelijke mededelingen: niet roken, er mag absoluut niet gefotografeerd worden en Lee Konitz is ziek. Een flinke streep door de rekening. Onbedoeld werd dit het derde pianotrioconcert op rij, maar vooral was de ontmoeting tussen Konitz en Mehldau, beide meesters in het herarrangeren van standards, op voorhand een van de trekpleisters van deze aflevering van North Sea. Wie zou Konitz net als recent met Minsarah, in staat zijn om uit te dagen en uitgedaagd te worden.

Goed, de line-up die overbleef was allesbehalve kinderachtig. Jorge Rossy is niet meer de vaste drummer van Brad Mehldau’s trio, maar hij kent de pianist nog altijd door en door. Charlie Haden is hoewel bezadigder dan in zijn jonge jaren nog altijd een belangrijke bassist. Mehldau moet nog veertig worden, maar hij is een ster met een grote schare fans. Een status die hij verdient heeft met zijn virtuoze behandeling van klassieke jazz- en popnummers. Bij hem lijkt het soms of zijn twee handen elkaar naar het leven staan, alsof hij van verschillende kanten iets ingefluisterd krijgt. Uiteenlopende patronen worden op een uitdagende manier door elkaar gevlochten. Dat vraagt behalve een geweldige techniek, een grote kennis van het songmateriaal en een intense concentratie. 

In de ballads vond het drietal een sfeervolle lichtheid. Knap werk van Mehldau, mooie solo’s van Haden. Het trio speelde prima samen, maar leek niet van zins om het randje van de mogelijkheden op te zoeken. Misschien is die grens al bereikt, met name de mid-tempo stukken stonden bol van het harmonisch geweld en het valt niet mee daar een overtreffende trap van voor te stellen. Mehldau’s herscheppingen zijn technisch briljant, desondanks of misschien wel enigszins daardoor, zit er soms ook een afstandelijkheid in die het echt meegaan in de muziek moeilijk maakt.

 
De trio's van Avishai Cohen (l) en Kurt Rosenwinkel trokken veel publiek op North Sea. Foto's © Thomas Huisman
Trompettist Paolo Fresu. Foto © Eddy Westveer


Tijd voor blazers. Toch was het bij het Double Tenor Quintet van bassist Maria Pavone in eerste instantie niet de blazerssectie, maar pianist Peter Madsen die met zijn driftige notenclusters opviel. Pavone heeft de neiging om veel, soms net te veel ideeën in zijn composities te vlechten. Dat minpunt werd echter grotendeels weggewerkt door de welhaast wulpse groove die hij samen met drummer Gerald Cleaver tot stand bracht en natuurlijk de hoofdattractie van deze band, de twee tenoristen: Tony Malaby en Jimmy Greene. Twee uit de kluiten gewassen gasten met een sound die past bij hun postuur; ruig en robuust, maar met een tedere kern. Minder verfijnd dan Mehldau en Parks, maar zo schwungvol en krachtig dat je er flink van opkikkert.

“Doet hij nu Michael Jackson na?”
Fans verwachten bij John Zorn steevast het onverwachte, maar op een oude man die het optreden inluidde met een soort stroeve tapdans die wel wat van een ongelukkige moonwalk weg had, zullen weinigen hebben gerekend. Dat dansen en zingen is een van de handelsmerken van Milford Graves de legendarische freejazz drummer. Zijn grootste wapenfeit is echter dat hij vanaf begin jaren zestig een drumstijl ontwikkelde die met opvallend weinig lawaai heel veel energie afgaf. Met name op het ESP label zijn daar een paar overtuigende voorbeelden van te vinden. Inmiddels drumt de zevenenzestigjarige met beduidend meer oordeel, maar wat hij aan volume heeft toegevoegd, gaat niet ten koste van de vaart. 










De muzikaal onberekenbare Artist in Residence John Zorn. Foto © Eddy Westveer

Graves startte het concert furieus. Na verloop van tijd viel Bill Laswell in met zijn typerende laconieke, wat rommelige stijl. Het leek of de twee meer hun eigen ding deden dan dat ze echt samen speelden, maar het paste wonderwel bij elkaar. Eigenlijk hetzelfde gold voor Zorn zelf en de als verrassing meegekomen Bill Frisell. Zorn zette in met een snerpende hoge noot, alsof hij even zijn signature wilde afgeven daarna etaleerde hij zijn veelzijdigheid door een even vlezige als gevoelvolle solo te spelen. Door de toevoeging van Frisell met zijn soms wringende, soms etherische klanken ontstond een ruig soort soundscape. Of was het hardcore ambient? Dronejazz? Een naam geven is moeilijker dan vaststellen dat het enerverend was, culminerend in een ongekende apotheose toen Zorn heel lang een weldadig overgeblazen toon vasthield. Blije gezichten in de zaal, blije gezichten op het podium; Zorn heeft zijn imago als lastpost danig schade berokkend.

Nieuwe stijl
Terwijl de jury van EBU European Jazz Award aan het beraadslagen was, mocht het Noorse In The Country degenen die op de uitslag wachtten, proberen te vermaken in de Yenisei. In The Country is ook een pianotrio, maar dan een nieuwe stijl met allerhande elektronica en effectapparatuur. De vergelijking met E.S.T. dringt zich snel op. De Noren zitten echter niet alleen dichter tegen de (indie)pop aan, wat zeggingskracht betreft leggen ze het toch tegen de Zweedse hervormers af. De effecten kunnen niet camoufleren dat de lieflijke liedjes tamelijk basaal zijn en als drummer Pål Hausken met veel inzet maar wel onvast gaat zingen, ook een beetje klef. Dankzij de nodige kwinkslagen en nu en dan een bruuske kentering weet het trio net aan de valkuil van voorspelbaarheid te ontsnappen, maar het verrassingseffect dat het eerste nummer nog had, ging vrij snel verloren.

 









'In The Country'-pianist Morten Qvenild. Foto © Eddy Westveer


De Blue Note avond die met Aaron Parks van start was gegaan, werd besloten door het Lionel Loueke Trio.  De gitarist uit Benin begon net als Parks bij Terence Blanchard. Waar hij al snel door Herbie Hancock werd weggekaapt. Sindsdien is hij een ster en heet het trio Gilfemo dat hij al langer had met de Italiaanse bassist Massimo Biolcati en de Hongaarse drummer Ferenc Nemeth, naar hem. De muziek is door die naamswijziging niet veranderd. Nog altijd speelt het drietal een origineel mengsel van Afrikaanse muziek en naar fusion neigende jazz met als dominante smaak Loueke’s unieke gitaarspel. De andere twee muzikanten zijn minder smaakbepalend, maar ze zijn uitmuntend in hun vak en Biolcati maakte met zijn bassolo misschien wel de meeste indruk. 

Het Lionel Loueke Trio maakt muziek met onnavolgbare overgangen en opmerkelijke ritmische en harmonische vondsten, maar ook muziek waarin de ideeën over elkaar heen buitelen, waardoor ze wat freakerig wordt. Bij Hancock en Blanchard werd Loueke’s niet aflatende ideeënstroom automatisch in toom gehouden. Nu kan hij ongestoord zijn gang gaan. Dat is een voor- én een nadeel.


John Zorn laat op North Sea Jazz horen hoe jazz zich ontwikkelt

NORTH SEA JAZZ 2009, recensie, Ahoy Rotterdam, vrijdag 10 juli
door: Tim Sprangers


Relatief weinig ophef was er in de voorbeschouwingen over de commerciële programmering van de North Sea Jazz-editie 2009. Wellicht is het publiek nu bekend dat namen als Seal, Adele, Duffy en Amos Lee eenmaal noodzakelijk zijn om zo’n groot festival op te zetten. Misschien omdat erg opzienbarende artiesten in voorgaande jaren, zoals Snoop Dogg en Kanye West, nu niet geprogrammeerd stonden. Nog waarschijnlijker ligt de oorzaak in de grote portie lef van het programma. Het getuigt van inzicht van de programmeurs. Enfant terrible John Zorn tot ‘Artist in Residence’ bombarderen op één van de grootste jazzfestivals ter wereld, getuigt van durf. Het is een brutaliteit die vrijdag al gelijk zijn vruchten afwierp.


Buscemi & The Michel Bisceglia Ensemble – Vertov, l’uomo con la macchina da presa

CD-RECENSIE 

Buscemi & The Michel Bisceglia Ensemble – Vertov, l’uomo con la macchina da presa
bezetting: Buscemi beats, sampling en toetsen; Michel Bisceglia piano en arrangementen; Kirsten Andersen cello; Rony Verbiest bandoneon, baritonsaxofoon, harmonica; Jo Mahieu elektrische gitaren; Werner Lauscher contrabas
opgenomen:  januari 2009 in Studio Crescendo en Casa Marquez, België
release: 2009
label: Prova Records
tracks: 19
tijd: 70.24
website: www.buscemi.be -  www.michelbisceglia.com - www.lcmusic.com - www.provarecords.com 
door: Rinus van der Heijden

Buscemi, pseudoniem van Dirk Swartenbroekx, is een Belgische dj en producer die ruim tien jaar geleden bekend werd bij jongeren, onder meer van optredens tijdens festivals als dat van Torhout-Werchter. Vanaf het begin van zijn carrière maakte Buscemi zijn voorkeur voor Braziliaanse muziek duidelijk, die hij mengde met drum’n bass en daarmee een lekker in het gehoor soort loungemuziek produceerde.


Take Six – When pop meets jazz

CD-RECENSIE

Take Six – When pop meets jazz
Ensembles: Ruben Hein, Myriam Gaasbeek, Thomas Azier, Lavalu, EinsteinBarbie, Electric Barbarian
opgenomen: 2009
release: 20 maart 2009
label: MCN
tracks: 12
tijd: 49:51
website: www.mcn.nl/takesix
myspace: www.myspace.com/takesix
door: Jan Jasper Tamboer


Titels als 'When pop meets jazz' leveren vaak keurige niets-aan-de-hand-popliedjes op, met een jazzy sound. Ongetwijfeld gaat het dan om knappe muziek, maar opgewonden raak je er niet van. Degelijke, veilige songs bevat ook het album Take Six, onderdeel van het nieuwste project voor veelbelovende talenten van Muziek Centrum Nederland (MCN). Maar het kent ook krachtige, experimentele muziek, waardoor de plaat wint aan belang.


John Zorn - Alhambra Love Songs

CD-RECENSIE

John Zorn - Alhambra Love Songs
bezetting: Rob Burger; piano, Greg Cohen; bas, Ben Perowski; drums
opgenomen: 27 oktober 2008
release: 2009
label: Tzadik / Challenge
tracks: 11
tijd: 44.35
website: www.tzadik.com - www.challenge.nl
door: Mischa Andriessen



Liefdesliedjes van John Zorn? Jazeker, maar wel liefdesbetuigingen aan muzikanten, kunstenaars, componisten, filmmakers en (kinderboeken)schrijvers. Terry Riley wordt geëerd maar ook Clint Eastwood en Lynn Hejinian. De eerste hommage is opgedragen aan Vince Guaraldi, de man die onder meer de muziek voor de serie 'Peanuts’ maakte. Zijn muziek is net als die van Henry Manchini en Ramsey Lewis het referentiekader hier.


Bergin, Bicudo en Wierbos: breekbaar en meedogenloos melancholisch

CONCERTRECENSIE. Sean Bergin, Rogério Bicudo en Wolter Wierbos, De Drie Gebroeders, Amsterdam, 5 juli '09
door: Rosa Groen

Zo groot als de goedaardige man fysiek is, zo klein en breekbaar kan Sean Bergin zijn in zijn spel. Zijn intonatie is krachtig, de ritmiek verfrissend, zijn verhalen tussen door aandoenlijk en vol humor.


Roy Hargrove Big Band - Emergence

CD-RECENSIE

Roy Hargrove Big Band - Emergence

bezetting: Roy Hargrove, trompet, flugelhorn, vocals; Roberta Gambarini, vocals; Darren Barrett, Frank David Greene, Tanya Darby, Greg Gisbert, trompet; Jason Jackson, Michael Dease, Vincent Chandler, trombone; Max Seigel, bas trombone; Justin Robinson, Bruce Williams, altsaxofoon, fluit; Keith Loftis, Norbert Stachel, tenorsaxofoon, fluit; Jason Marshall, baritonsax; Saul Rubin, gitaar; Jonathan Batiste, piano; Ameen Saleem, contrabass; Montez Coleman, slagwerk
opgenomen: 16 en 17 juni, 2008, Capitol Studio’s, Hollywood
release: 2009
label: Emarcy / Universal
tracks: 11
tijd:
website: www.royhargrovemusic.com - www.emarcy.com
door: Erno Elsinga


Het is de droom van bijna iedere jazzmuzikant: componeren, arrangeren, repeteren en vervolgens optreden met bigband. Met het verschijnen van ‘Emergence’ ziet trompettist Roy Hargrove (1969) ook zijn lang gekoesterde wens in vervulling gaan; musiceren met een 19-koppige bigband in de lijn van grootheden als Duke Ellington, Count Basie, Charles Mingus en collega-trompettist Dizzy Gillespie. Met bigband is Roy Hargrove te zien op North Sea Jazz Festival, zaterdag 11 juli.


Billy Hart Trio - Live at the Cafe Damberd

CD-RECENSIE

Billy Hart Trio - Live at the Cafe Damberd
bezetting: Billy Hart; drums, Johannes Enders; tenorsax, Martin Zenker; bas
release: 2009
label: Enja / Codaex
tracks: 6
tijd:  57:01
website: www.billyhartmusic.com - www.jazzrecords.com/enja
door: Mischa Andriessen


Door de vormgeving van de hoes zou je bijna denken dat je met een bootleg te maken hebt, maar 'Live at the Cafe Damberd' is een officiële uitgave met een navenante geluidskwaliteit. Het Damberd is een prachtig oud café in het historische centrum van Gent. Het heeft maar een klein podium, maar niettemin weet de programmeur artiesten van naam binnen te krijgen. Nu is er voor het eerst een van die concerten op cd uitgebracht.


Hiromi - Live in Concert

2 DVD-RECENSIES
door: Mischa Andriessen

Hiromi - Live in Concert
bezetting: Hiromi Uehara; piano, keyboard, Tony Grey; bas, Martin Valihora; drums

Hiromi’s Sonicbloom - Live in Concert
bezetting: idem, plus David Fiuczynski (fretloze) gitaar


In een worp twee dvd’s van de Japanse pianiste Hiromi Uehara, die recentelijk nieuwe studioalbums uitbracht met Chick Corea en Stanley Clarke. Beide dvd’s bevatten live-opnamen; waar en wanneer de concerten zijn opgenomen, staat op de hoezen nergens vermeld.


Rogério Bicudo & Sean Bergin - Mixing it

CD-RECENSIE

Rogério Bicudo & Sean Bergin - Mixing it
bezetting: Rogério Bicudo, gitaar & zang; Sean Bergin, sax, picolo & zang
opgenomen: september 2008
release: 2009
label: Pingo Records: www.myspace.com/pingorecords
tracks: 9
tijd: 38.41
website: www.seanbergin.nl
myspace: www.myspace.com/berginandbicudo
door: Rosa Groen


‘Mixing it’ is een goede naam voor dit album. De invloeden van Sean Bergin uit Zuid-Afrika en de Amsterdamse vrije jazz-scene worden vermengd met de Braziliaanse gitaar en zang van Rogério Bicudo. De muzikanten kennen elkaar al lang, maar zijn pas sinds vorig jaar intensief gaan musiceren. Dat was een waanzinnig goed idee.


Mary Halvorson Trio - Dragon’s Head

CD-RECENSIE

Mary Halvorson Trio - Dragon’s Head
bezetting: Mary Halvorson; gitaar, John Hebert; bas, Ches Smith; drums
opgenomen: 24,25 februari 2008
release: 2008
label: Firehose12: http://firehouse12.com
tracks: 10
tijd: 55:26
websites: www.maryhalvorson.com - www.improvisedcommunications.com
myspace: www.myspace.com/maryhalvorsontrio
door: Mischa Andriessen


Gitariste Mary Halvorson klinkt als het tegenovergestelde van een virtuoos. Haar spel heeft iets stroefs, zelfs iets stunteligs. Voor een deel is dat een keuze, een stijlopvatting. Mary Halvorson heeft een eigen stijl en dat is niet onopgemerkt gebleven. Naast haar eigen projecten speelt ze in bands van Anthony Braxton, Tim Berne, Marc Ribot en Talor Ho Bynum.


Hot Club de Frank – Bella Ciao

CD-RECENSIE

Hot Club de Frank – Bella Ciao
bezetting: Harold Berghuis, gitaar; Jelle van Tongeren, viool; Wim Lammen, saxofoon, klarinet; Frank Meester, contrabas, zang
opgenomen: 2009
release: april 2009
label: Chamsa Records
tracks: 12
tijd: 62:49
website: www.hotclubdefrank.nl - www.chamsarecords.com
myspace: www.myspace.com/hotclubdefrank
door: Jan Jasper Tamboer

Bestaat er nog ware romantiek? Luister naar 'Bella Ciao', het nieuwe album van gipsyjazzformatie Hot Club de Frank en het antwoord is 'ja'. Dat geldt beslist voor het repertoire, maar nog meer voor de zang van bandleider Frank Meester, die is gevoelig als een espenblad en warm als een behaaglijk dekbed.


Baars Henneman Mengelberg - Sliptong

CD-RECENSIE

Baars Henneman Mengelberg - Sliptong
bezetting: Ab Baars; tenorsax, clarinet, shakuhachi, Ig Henneman; altviool, Misha Mengelberg; piano
opgenomen: 8 december 2008
release: 2009
label: Stichting Wig
tracks: 8
tijd: 43:07
websites: www.stichtingwig.com - www.toondist.nl
door Mischa Andriessen


Is het Slibtong of Sliptong? Is het een vis die zich in het slijk ophoudt of een die zo klein is dat hij door de mazen van het net slipt. De voorstanders van de laatstgenoemde schrijfwijze schijnen het gelijk aan hun zijde te hebben, al hebben de tegenstanders een ijzersterk argument; als het beest het net uitzwemt, hoe vang je hem dan?